De werking controle-
ren
Functionele controles
Het doel van onderstaande procedure is om de prestaties van de sonde te veri-
fiëren.
☞
Voor deze procedure zijn de volgende systeemonderdelen vereist:
Een leidingzoeker om het signaal van de sonde te detecteren.
•
Een werkgebied dat vrij is van leidingen (zoals geïllustreerd).
•
13306_001
1.
Stel de sonde in voor gebruik bij 33 kHz.
2.
Schakel de leidingzoeker in. Stel de leidingzoeker in op de sondemo-
dus van 33 kHz.
3.
Richt de voet van de leidingzoeker op de sonde.
☞
Op een afstand van 2 m (6,56 ft) moeten de indicatoren
voor de signaalsterkte de hoogste waarde aangeven.
4.
Stel de sonde in voor gebruik bij 8 kHz.
5.
Schakel de leidingzoeker in. Stel de leidingzoeker in op de sondemo-
dus van 8 kHz.
6.
Richt de voet van de leidingzoeker op de sonde.
☞
Op een afstand van 2 m (6,56 ft) moeten de indicatoren
voor de signaalsterkte de hoogste waarde aangeven.
☞
Als een of meer van deze tests geen of een significant verschillende
uitvoer oplevert, moet de sonde worden geretourneerd om te wor-
den nagekeken.
2 m/6.56 ft
5 m/16.4 ft
5 m/16.4 ft
77