Figuur 69
1. Contramoer
17.
Schakel de machine uit.
18.
Verwijder de startkabel van de kabelboom
en sluit de connector weer aan op de
stoelschakelaar.
19.
Monteer de stoel.
20.
Haal de assteunen weg.
21.
Breng het maaidek omhoog en plaats de
maaihoogtepen.
22.
Controleer of de machine niet kruipt in de
neutraalstand als de parkeerremmen zijn
vrijgezet.
De rijhendeldemper
afstellen
U kunt de bovenste montagebout van de demper
afstellen om een betere weerstand van de rijhendels
te verkrijgen. Zie
Figuur 70
g017438
2. Stelmoer
voor montage-opties.
Rechter rijhendel afgebeeld
1. Draai de borgmoer vast met een torsie van 22,6 Nm. De
bout moet uit het einde van de borgmoer steken na het
vastdraaien.
2. Meeste weerstand (stevigste gevoel)
3. Demper
4. Gemiddelde weerstand (gemiddeld gevoel)
5. Minste weerstand (zachtste gevoel)
Het scharnierpunt van
de neutraalstand van de
rijhendel afstellen
U kunt de flensmoer afstellen om de gewenste
weerstand van de rijhendels te verkrijgen als u de
hendels in de
VERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
Figuur 71
voor afstelopties.
1.
Draai de contramoer los.
2.
Draai de flensmoer naar wens vaster of losser.
Opmerking:
meer weerstand.
Opmerking:
minder weerstand.
3.
Draai de contramoer vast.
51
Figuur 70
Draai de flensmoer vast voor
Draai de flensmoer los voor
g008620
zet. Zie