3. Draai de 2 bevestigingen op het accudeksel een
kwartslag linksom en verwijder het accudeksel
52).
Figuur 52
1. Accudeksel
4. Maak de minkabel (zwart) los van de accupool
53).
Opmerking: Bewaar alle bevestigingsmiddelen.
WAARSCHUWING
Als accukabels verkeerd worden verbonden,
kan dit schade aan de machine en de kabels
tot gevolg hebben en vonken veroorzaken.
Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing
komen en lichamelijk letsel veroorzaken.
• Maak altijd de minkabel (zwart) van de
accu los voordat u de pluskabel (rood)
losmaakt.
• Sluit altijd de pluskabel (rood) van de accu
aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
5. Schuif het rubberen kapje van de pluskabel (rood) over
de kabel.
6. Maak de pluskabel (rood) los van de accupool
53).
Opmerking: Bewaar alle bevestigingsmiddelen.
7. Verwijder de bevestigingsband van de accu
en til de accu uit de accubak.
(Figuur
g190587
2. Bevestigingen
(Figuur
(Figuur
(Figuur
1. Accu
2. Minpool (–) van de accu
3. Bout, ring en moer voor de
minpool (–) van de accu
4. Bout, ring en moer voor de
pluspool (+) van de accu
Accu opladen
Onderhoudsinterval: Vóór de stalling—Accu opladen en
1. Verwijder de accu van het chassis; raadpleeg
verwijderen (bladz.
2. Laad de accu gedurende minstens een uur op bij 6 tot
10 A.
Opmerking: De accu niet te ver opladen.
3. Zodra de accu volledig is opgeladen, haalt u de
acculader uit het stopcontact en maakt u vervolgens de
oplaadkabels los van de accuklemmen
53)
1. Pluspool (+) van de accu
2. Minpool (–) van de accu
39
Figuur 53
5. Pluspool (+) van de accu
6. Stofkapje van de accupool
7. Bevestiging van accu
accukabels loskoppelen.
38).
(Figuur
Figuur 54
3. Rode (+) oplaadkabel
4. Zwarte (–) oplaadkabel
g188903
Accu
54).
g000538