Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Opslag Van Zendertoetsen In Het Geheugen; Aantal Zenders Dat In Het Geheugen Kan Worden Opgeslagen; Procedure Voor Opslag En Verwijdering Van Zenders - Nice SPIDO Aanwijzingen Voor Installatie En Aansluiten

Verberg thumbnails Zie ook voor SPIDO:
Inhoudsopgave

Advertenties

7.11.1

Opslag van zendertoetsen in het geheugen

Van de beschikbare procedures om zenders op te slaan, zijn er enke-
le waarmee de zenders in "standaard"-modus (of modus 1) en andere
waarmee de zenders in "gepersonaliseerde"-modus (of modus 2) opge-
slagen kunnen worden.
48
7.11.1.1 STANDAARD opslag (Modus 1: alle toetsen)
Procedures van dit type bieden de mogelijkheid om tijdens de uitvoering
ervan tegelijkertijd alle toetsen op de zender op te slaan. Het systeem
koppelt automatisch aan iedere toets een vooraf vastgelegde instructie
volgens het onderstaande schema:
KOPPELING ZENDERFUNCTIES
Instructie
Stap-voor-stap
Gedeeltelijke opening
OPENEN
SLUITEN
7.11.1.2 GEPERSONALISEERDE opslag (Modus 2: één toets)
Procedures van dit type bieden de mogelijkheid om tijdens de uitvoering
ervan één van de toetsen op de zender op te slaan.
De toets en de daaraan te koppelen instructie worden gekozen door de
installateur op basis van de eisen van de automatisering.
7.11.2
Aantal zenders dat in het geheugen kan worden
opgeslagen
De ontvanger van de besturingseenheid telt 90 geheugenplaatsen. Op
een geheugenplaats kan ofwel één enkele zender (m.a.w. het samenstel
van alle toetsen en instructies ervan) opgeslagen worden, ofwel één en-
kele toets met de bijbehorende instructie.
7.11.3

Procedure voor opslag en verwijdering van zenders

a
Om de hieronder beschreven procedures A, B, C, D te
kunnen uitvoeren, moet het geheugen van de bestu-
ringseenheid ontgrendeld zijn. Als het geheugen ver-
grendeld is, moet de ontgrendelprocedure worden uit-
gevoerd die is beschreven in hoofdstuk "Het geheugen
vergrendelen en ontgrendelen" (pag. 23)
22 – NEDERLANDS
1
2
3
4
Toets
Wordt gekoppeld aan toets 1
Wordt gekoppeld aan toets 2
Wordt gekoppeld aan toets 3
Wordt gekoppeld aan toets 4
7.11.3.1 PROCEDURE A - Opslag van ALLE toetsen van één
enkele zender (STANDAARD-modus of modus 1)
De procedure wordt als volgt uitgevoerd:
1.
op de besturingseenheid: houd de toets
drukt totdat de led "LR" gaat branden
2.
laat de toets los
3.
(binnen 10 seconden) op de zender die u wenst op te slaan:
houd een willekeurige toets ingedrukt en wacht tot de Led "LR" 3
maal lang knippert (= opslag correct uitgevoerd)
4.
laat de toets van de zender los.
l
Nadat de led 3 maal lang geknipperd heeft, hebt u nog
10 seconden om een volgende zender op te slaan (in-
dien u dat wenst). Begin in dat geval van stap 3. Druk
nogmaals op de toets
beëindigen.
l
De led "LR" kan ook de volgende signaleringen geven:
1 keer snel knipperen als de zender al opgeslagen is,
6 keer knipperen als de radiocodering van de zender
niet compatibel is met die van de ontvanger van de be-
sturingseenheid, of 8 keer knipperen als het geheugen
Tabel 13
vol is.
7.11.3.2 PROCEDURE B - Opslag van EEN ENKELE TOETS
van een zender (GEPERSONALISEERDE modus of
modus 2)
De procedure wordt als volgt uitgevoerd:
1.
kies de instructie die u aan de toets wilt koppelen:
COMMANDO'S VOOR DE ZENDER
Instructie
Stap-voor-stap
Gedeeltelijk openen
OPENEN
SLUITEN
Gebruikerslicht timer
Gebruikerslicht On/Off
2.
op de besturingseenheid: druk op de toets
laat hem los, zoveel keer als het gewenste commando, zoals aan-
gegeven in Tabel 14.
3.
controleer of de led "LR" op de besturingseenheid evenveel keer
knippert als het benodigde aantal voor het gewenste commando
4.
(binnen 10 seconden) op de zender: houd de toets die u wilt
opslaan ingedrukt en wacht tot de led "LR" 3 maal lang knippert
(= opslag correct uitgevoerd)
5.
laat de toets van de zender los.
l
Nadat de led 3 maal lang geknipperd heeft, hebt u nog
10 seconden om een volgende toets op te slaan (indien
u dat wenst). Begin in dat geval vanaf stap 1. Wacht 10
seconden om het aanleren te beëindigen.
l
De led "LR" kan ook de volgende signaleringen geven:
1 keer snel knipperen als de zender al opgeslagen is,
6 keer knipperen als de radiocodering van de zender
niet compatibel is met die van de ontvanger van de be-
sturingseenheid, of 8 keer knipperen als het geheugen
vol is.
i
om het aanleren te
i
Aantal keer drukken op de toets
i
i
inge-
Tabel 14
1
2
3
4
5
6
i
en

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave