Gezichtsherkenning
In de volgende opnamestanden gebruikt de camera
gezichtsherkenning om automatisch scherp te stellen op
menselijke gezichten. Wanneer de camera meer dan één
gezicht herkent, wordt een dubbele rand weergegeven
rond het gezicht waarop de camera zal scherpstellen, en
wordt een enkele rand weergegeven rond de andere
gezichten.
Opnamestand
Stand A (auto) (A38)
Onderwerpstand Autom.
scènekeuzekn., Portret,
Nachtportret (A41)
Stand Slim portret (A51)
• Wanneer in de stand A (auto) geen gezichten worden gedetecteerd wanneer de
ontspanknop half wordt ingedrukt, selecteert de camera automatisch een (of meer)
van de negen scherpstelvelden met het onderwerp dat zich het dichtst bij de
camera bevindt.
• In de onderwerpstand Autom. scènekeuzekn. verandert het scherpstelveld
afhankelijk van het geselecteerde onderwerp.
• Wanneer in de onderwerpstanden Portret en Nachtportret of in de stand Slim
portret geen gezichten worden gedetecteerd wanneer de ontspanknop half wordt
ingedrukt, stelt de camera scherp op het onderwerp in het midden van het beeld.
• Tik op een gezicht dat door een enkele rand omgeven is, om het scherpstelveld naar
dat gezicht te verplaatsen (A39).
• In de stand Onderwerp volgen wordt begonnen met het volgen van het onderwerp
wanneer een gedetecteerd gezicht dat omgeven is door een rand, wordt aangetikt
(A39).
68
Aantal gezichten dat
kan worden
gedetecteerd
Tot 12
Tot 3
8 8
Scherpstelveld
(dubbele rand)
Het gezicht het dichtst bij de
camera
Het gezicht het dichtst bij
het midden van het beeld
0 0
50 50 50