Basisopname-instellingen
In de opnamestand kunt u de volgende functies instellen
door op de pictogrammen onderaan de monitor te tikken:
1 Flitsstand
2 Zelfontspanner
3 Macrostand
4 Belichtingscompensatie
• Wanneer de pictogrammen verborgen zijn, tikt u op A.
Beschikbare functies voor elke opnamestand
De functies die kunnen worden ingesteld variëren naargelang de opnamestand, zoals
hierna weergegeven.
• Zie "Standaardinstellingen" (A62) voor meer informatie over de
standaardinstellingen in elke opnamestand.
Functies
Flits-stand (A55)
Zelfontspanner (A57)
Macro-stand (A59)
Belichtingscompensatie
(A61)
1
Is afhankelijk van het onderwerp. Zie "Standaardinstellingen" (A62) voor meer informatie.
2
Is afhankelijk van de instellingen voor het menu Slim portret. Zie "Standaardinstellingen" (A62)
voor meer informatie.
C
Functies die niet tegelijk kunnen worden gebruikt
Bij bepaalde functies kunnen deze instellingen mogelijk niet worden ingeschakeld (A66).
54
A
C
w
w
1
w
w
8 8
0 0
50 50 50
1 2
3 4
F
R
2
w
w
2
w
w
w
–
w
w