1 Leer de E-510 gebruiken
Gebruik van de functieknop
De functieknop biedt u de mogelijkheid de camera-
instellingen moeiteloos aan het onderwerp aan te passen.
Programma's voor gemakkelijk fotograferen
• Selecteren afhankelijk van de te fotograferen scène. De camera stelt de juiste lichtomstandigheden
automatisch in.
• Als u de functieknop draait of de camera uitschakelt in de programma's voor gemakkelijk
fotograferen, worden functies waarbij instellingen zijn gewijzigd teruggezet naar de
standaardinstellingen af fabriek.
AUTO
AUTO
i
PORTRAIT
l
LANDSCAPE
&
MACRO
j
SPORT
NIGHT+
/
PORTRAIT
(portret)
g
Motiefprogramma
Geavanceerde programma's
• Voor geavanceerde en creatieve opnamen kunt u de diafragmawaarde en de sluitertijd zelf instellen.
• De instellingen die in de geavanceerde programma's zijn uitgevoerd, worden ook behouden als de
camera wordt uitgeschakeld.
Programmagestuurd
P
fotograferen
A
Diafragmavoorkeuze
S
Sluitertijdvoorkeuze
Handmatig fotograferen
M
(Manual)
Hierbij kiest de camera zelf de optimale combinatie van diafragma en
sluitertijd. De ingebouwde flitser springt automatisch omhoog onder
omstandigheden met weinig licht.
Voor een portretopname van een persoon.
Voor landschappen en andere buitenopnamen.
Voor dichtbij-opnamen (close-ups)
Voor scherpe opnamen van snelbewegende onderwerpen.
Voor scherpe opnamen van het onderwerp mét achtergrond bij nachtlicht.
In deze stand kunt u kiezen tussen 18 verschillende motiefprogramma's voor
diverse situaties. (g Blz. 25)
Hierbij kiest de camera zelf een combinatie van diafragma en
sluitertijd. (g Blz. 25)
Hierbij stelt u zelf het gewenste diafragma in. De camera kiest
automatisch de bijpassende sluitertijd. (g Blz. 26)
Hierbij stelt u zelf de gewenste sluitertijd in. De camera kiest
automatisch het bijpassende diafragma. (g Blz. 27)
Hierbij kiest u zelf de gewenste combinatie van sluitertijd en diafragma.
(g Blz. 28)
1
13
NL