Tabel 4.3 Nulstelling, kalibratie, bumptest, reactie- en hersteltijdtest
Sluit de gastoevoer af door
de knop op de regelaar
rechtsom vast te draaien.
Test reactietijd
Plaats de kalibratiekap over de bovenkant van de behuizing;
lijn de bovenste groef ervan uit met het randje bovenaan het
instrument.
Druk op de kap tot deze hoorbaar vast klikt.
Kijk of de randen aan de bovenkant en zijkanten van de
kalibratiekap goed zijn uitgelijnd met de randen van de
bovenkant van de behuizing.
Gasreactie op het normale meetscherm
Start een timer wanneer het scherm een
reactie toont op het kalibratiegas.
Opmerking: Reactietijd moet worden getest op
het normale meetscherm.
Sluit de gastoevoer af door
de knop op de regelaar
rechtsom vast te draaien.
Verwijder de kalibratiekap
door deze bij de lipjes vast te
pakken en op te lichten. Leg
de kap opzij of bewaar deze
voor toekomstig gebruik.
Meting bij 50% van kalibratiegas
Stop de timer wanneer de getoonde meting 50% of 90% van de concentratie
van het kalibratiegas bereikt. Als deze tijd 30% groter is dan de 50%- of 90%-
tijden vermeld in de sensorspecificaties, dan moet de sensor worden vervangen.
Verwijder de kalibratiekap
door deze bij de lipjes vast
te pakken en op te lichten.
Leg de kap opzij of bewaar
deze voor toekomstig
gebruik.
—
Draai de knop op de regelaar naar links om te beginnen met
de toevoer van gas.
Meting bij 90% van kalibratiegas
—
42
—
—