Tabel 3.2 Schermen, indicators en afkortingen
Op processen en tijd gebaseerde indicators
Het nulpictogram wordt samen met andere indicators gebruikt om over de nulstelling van de sensor te
communiceren.
Het bumptestpictogram wordt samen met andere indicators gebruikt om informatie over de bumptest te
geven.
Het kalibratiepictogram wordt samen met andere indicators gebruikt om informatie over de kalibratie te
geven.
De piekwaarde is de hoogste gedetecteerde gaswaarde. Bevestig de piekwaarde altijd na kalibratie.
Er wordt een proces uitgevoerd. In de configuratiemodus geeft dit een instelling op basis van tijd aan
(bijvoorbeeld de bumptest-reactietijd).
Wordt samen met andere indicators gebruikt om waarschuwingen over vereist onderhoud te
communiceren. In de configuratiemodus geeft dit een instelling op basis van de datum aan
(bijvoorbeeld het bumptestinterval).
Naam gas en afkortingen meeteenheid
Koolmonoxide (CO)
Koolmonoxide met lage kruisgevoeligheid voor waterstof
Waterstofsulfide (H
Stikstofdioxide (NO
Zwaveldioxide (SO
PPM
Parts per million (delen per miljoen) is de meeteenheid voor CO, CO/H
Afkortingen configuratie
Land van oorsprong
Weergavestijl
Optie voor "docking vereist"
Gaswaarschuwing inschakelen
Taal
Interval onderhoudsindicator
Interval "SYnC" dockingstation
TWA – STEL
Vibratiealarm ingeschakeld
Overige afkortingen
Short-term exposure limit (grenswaarden voor kortstondige blootstelling). Verschillende weergaven:
"STEL" (Engels) en "VLE" (Frans).
Time-weighted average (tijdgewogen gemiddelde). Verschillende weergaven: "TWA" (Engels) en "VME"
(Frans).
S of H2S)
2
of NO2)
2
of SO2)
2
20
Laag, SO
, NO
en H
S.
2
2
2
2