Wielbouten 5 aanbrengen en
kruislings met aantrekkoppel
aantrekken.
Achterwiel aan wielflens
Aanhaalvolgorde: kruislings
vastdraaien
60 Nm
Uitlaatdemper in de uitgangs-
positie draaien.
Bout 4 van de uitlaatdemper-
steun aan de voetsteun van de
passagier aanbrengen, maar
nog niet vastzetten.
Bevestigingsklem 3 op de uit-
laatdemper met de marke-
ring A (pijl) naar de lambdas-
onde B richten.
Klem 3 met het voorgeschre-
ven aantrekkoppel aan de uit-
laatdemper vastzetten.
Uitlaatdemper aan spruit-
stuk
35 Nm
Bij te weinig afstand tussen
achterwiel en uitlaatdem-
per kan het achterwiel oververhit
raken.
De afstand tussen achterwiel en
uitlaatdemper moet ten minste
10 mm bedragen.
Bout 4 van de bevestiging van
de uitlaatdemper op de voet-
steun voor de duopassagier
met het voorgeschreven aan-
haalmoment vastzetten.
Uitlaatdemper aan voet-
steun passagier
22 Nm
8
111
z