4
Draai de regelaar om de instelling te veranderen.
• Door op de i-knop te drukken terwijl de functie geselecteerd wordt, verschijnt het
directmenu voor die functie. Draai de regelaar om de instelling te veranderen.
• Als u de i-knop indrukt of de regelaar niet binnen enkele seconden bedient, wordt uw
instelling bevestigd en verschijnt het scherm met het bedieningspaneel opnieuw.
1
Functies op het scherm met het bedieningspaneel
De functies die op het basisdisplay en het gedetailleerde display kunnen worden ingesteld, variëren.
1
2
3
4
nee.
ISO
1
WB
2
Witbalanscorrectie
Lichtmeetfunctie
3
Kaartje
4
Beeldkwaliteit
5
AF-kader
6
Scherpstelfunctie
7
Repeterende opnamen / Zelfontspanner /
8
Afstandsbediening
Flitserfunctie
9
Regelen van de flitssterkte
PICTURE MODE
10
COLOR SPACE
SHARPNESS
11
CONTRAST
SATURATION
GRADATION
: Kan worden ingesteld k: Kan niet worden ingesteld
16
NL
5
6
7
Basis
Functies
1
10
2
9
9
8
4
Basis
k
k
k
3, 6, 7, 8
5
Gedetailleerd
Gede-
Zie blz.
tailleerd
blz. 50
blz. 51
blz. 52
blz. 48
blz. 92
blz. 47
blz. 43
blz. 43
blz. 39, blz. 40,
blz. 41
blz. 35
blz. 36
blz. 53
blz. 55
blz. 54
blz. 54
blz. 54
blz. 54
10
11