3. Vraag de patiënt om te hoesten en controleer of het signaal zichtbaar is op het
consolescherm. Pas indien nodig de positie van de elektrode aan.
4. Voordat u de ablatie uitvoert, stimuleert u de middenrifszenuw met een boven de
ablatielocatie gepositioneerde focale of cirkelvormige katheter (bijv. vena cava
superior). Pas de stimulatie-instellingen en de katheterlocatie zo nodig aan om de
middenrifszenuw te bereiken. Doorgaans is een hoog uitgangsvermogen van 20 mA bij
800-1000 ms nodig.
OPMERKING: Vermijd of minimaliseer het gebruik van paralytica als volledige narcose wordt
gebruikt omdat paralytica de stimulatie van de middenrifszenuw kunnen verstoren.
Bij stimulatie van de middenrifszenuw kunt u de DMS-versterking en gevoeligheid
in het scherm Settings (Instellingen) aanpassen om het DMS-signaalniveau in het
weergavevenster te maximaliseren. Reduceer de versterking als het DMS-signaal
verzadigd lijkt. Stop de stimulatie totdat deze nodig is voor de ablatie.
5. Stel de DMS-drempelwaarde in (op het scherm Settings (Instellingen)) waarbij de
DMS-melding wordt weergegeven.
• De bewegingsamplitude die wordt gemeten door de DMS bij het initiëren van
cryoablatie wordt gebruikt als baselinewaarde en wordt weergegeven als 100%.
• Als de stimulatierespons van de middenrifszenuw afneemt tijdens cryoablatie
neemt de DMS-amplitude navenant af. De console geeft de DMS-amplitude weer
als percentage van de basislijnwaarde. Bijvoorbeeld: 80% weergegeven op de
console geeft aan dat de DMS-amplitude 80% van de baselinewaarde is en dat de
bewegingsamplitude wordt verlaagd met 20%.
6. In het geval van een DMS-melding blijft u de activiteit van de middenrifszenuw en
de stimulatieregistratie nauwlettend volgen en moet u de cryoablatie onmiddellijk
onderbreken.
14.10.4 Reiniging en opslag
Veeg de DMS af met een vochtige doek. Gebruik zo nodig een milde reinigingsoplossing of
isopropylalcohol. Niet onderdompelen in water. Grondig afdrogen.
Bewaar de DMS, indien niet in gebruik, in het opslagvak van de tank aan de achterzijde van de
SMARTFREEZE™ console.
14.10.5 Afvoer
Gooi dit product niet weg in het ongesorteerde huishoudelijk afvalsysteem. Houd u aan de
plaatselijke regelgeving voor afvoer van dit product.
Neem contact op met de servicevertegenwoordiger van Boston Scientific in uw regio voor
instructies omtrent de afvoer van producten van Boston Scientific.
14.10.6 Fysieke kenmerken
Totale lengte 3 m (10 ft)
55
Black (K) ∆E ≤5.0