❏ Zie "Windows XP of 2000" op pagina 153 voor Windows XP
of 2000.
❏ Zie "Windows NT 4.0" op pagina 157 voor Windows NT 4.0.
Opmerking:
❏ Wanneer u de printer deelt, moet u EPSON Status Monitor 3
instellen zodat de gedeelde printer kan worden gecontroleerd op de
afdrukserver. Zie "Controlevoorkeuren instellen" op pagina 81 voor
meer informatie.
❏ Als u in Windows Me, 98 of 95 een gedeelde printer gebruikt,
dubbelklikt u op de server op het pictogram Network (Netwerk) in
het Configuratiescherm en controleert u of de component File and
printer sharing for Microsoft Networks (Bestands- en printerdeling
voor Microsoft-netwerken) is geïnstalleerd. Controleer of op de
server en de clients het IPX/SPX-compatibele protocol of het
TCP/IP-protocol is geïnstalleerd.
❏ De afdrukserver en de clientcomputers moeten op hetzelfde netwerk
en onder hetzelfde netwerkbeheer zijn ingesteld.
❏ De precieze afbeelding hangt af van (de versie van) uw
besturingssysteem.
De printer als een gedeelde printer configureren
Volg de onderstaande instructies om de afdrukserver met
Windows Me, 98 of 95 in te stellen.
1. Klik op Start en kies Settings (Instellingen) en Control Panel
(Configuratiescherm).
2. Dubbelklik op het pictogram Network (Netwerk).
3. Klik op File and Print Sharing (Bestands- en printerdeling)
op het tabblad Configuration (Configuratie).
Printer instellen in een netwerk
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
5
141