Omschakelen naar vloeibaar gas
De bouwzijdige omschakeling
naar een ander soort gas mag
uitsluitend worden uitgevoerd door
geautoriseerd vakpersoneel.
Voor het ombouwen moet er
zijn voldaan aan de nationale
voorschriften.
Hieronder wordt de ombouwset
voor omschakeling van aardgas naar
vloeibaar gas beschreven.
Leveringsomvang ombouwset:
geijkt membraan
■
ontstekingsvlam-sproeier
■
sticker „apparaat omgeschakeld
■
naar..."
Nadat de instelling is uitgevoerd,
de sticker „apparaat ingesteld op
..." vervangen door de bijgevoegde
sticker „apparaat omgeschakeld
naar...".
Montage van het membraan van
modellen GPM 15 / 25 / 35 / 55
model
Ø ontstekingssproeier
Ø gasmembraan
Maat- en constructiewijzigingen ten bate van de technische vooruitgang voorbehouden.
Ga bij het ombouwen als volgt te
werk:
stroomvoorziening van het
■
apparaat aan alle polen
onderbreken
ontstekingssproeier zorgvuldig
■
vervangen
het geijkt membraan zorgvuldig
■
aanbrengen tussen de gasklep en
de venturibuis
de stroomvoorziening van het
■
apparaat weer herstellen en het
apparaat voorbereiden op de
start
tijdens de ontstekingsfase
■
controleren of er geen gas
vrijkomt bij de verbinding
sproeier-koperbuis
Montage van het membraan
van model GPM 75
gassoort vloeibaar gas G30 - G31
GPM 15
mm
0,51
mm
4,5
Wanneer de brander op het hoogste
vermogen werkt, controleren:
1) of de druk bij de inlaat van de
gasklep overeenkomt met de
voor de gassoort voorgeschreven
waarde.
2) of het CO2-gehalte overeenkomt
met de voorgeschreven waarden
van de desbetreffende gassoort.
Als de gemeten waarde hiervan
afwijkt, moet deze worden
aangepast m.b.v. de CO2-
regelschroef.
Door de schroef in te draaien daalt
de CO2-waarde.
Door de schroef uit te draaien stijgt
de CO2-waarde.
Nogmaals controleren of de
gaskringloop dicht is.
Instel- en onderhoudswerk-
zaamheden mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door geauto-
riseerd vakpersoneel.
De voor gebruik van vloeibaar
gas geleverde warmeluchtbe-
reider is afgesteld op gebruik
van gassoort G31. Bij gebruik
van G30 moet de CO2 worden
gecontroleerd en eventueel
worden bijgesteld.
GPM 25
GPM 35
0,51
0,51
5,0
5,1
AANWIJZING
AttENtIE
GPM 55
GPM 75
0,51
0,51
6,5
6,5
35