[41] Hoe te gebruiken
Film
U kunt de sluitertijd of diafragmawaarde instellen op uw gewenste instellingen
voor het opnemen van bewegende beelden. U kunt ook de beeldhoek controleren
alvorens op te nemen.
1. Zet de functiekeuzeknop in de stand
2. MENU →
Als [Modusdraaiknopsch.] is ingesteld op [Aan], kunt u de gewenste
instellingen selecteren nadat u de stand van de functiekeuzeknop hebt
veranderd.
3. Druk op de MOVIE (bewegend-beeld)-knop als u het opnemen wilt starten.
Druk nogmaals op de MOVIE-knop als u het opnemen wilt stoppen.
Menu-onderdelen
Autom. programma:
Stelt u in staat op te nemen met automatisch ingestelde belichting (zowel de
sluitertijd als de diafragmawaarde).
Diafragmavoorkeuze:
Maakt het mogelijk om op te nemen nadat de diafragmawaarde handmatig is
ingesteld.
Sluitertijdvoorkeuze:
Maakt het mogelijk om op te nemen nadat de sluitertijd handmatig is ingesteld.
Handm. belichting:
Maakt het mogelijk om op te nemen nadat de belichting handmatig is ingesteld
(zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde).
Opmerking
Wanneer u tijdens het opnemen van bewegende beelden het diafragma instelt
met behulp van de diafragmaring, stelt u de diafragmaklikschakelaar in op
"OFF". Als u tijdens het opnemen van bewegende beelden de
diafragmawaarde wijzigt terwijl de diafragmaklikschakelaar is ingesteld op
"ON", wordt het geluid van de diafragmaring opgenomen.
Opnemen
Een opnamefunctie selecteren
(Camera- instellingen) → [Film] → gewenste instelling.
(Film).