GEVAAR
83323607 1/2021-11 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Condenserende gasketel WTC-GB 80-A en WTC-GB 100-A
5.4 Gastoevoer
Enkel een erkende installateur mag de gasaansluiting uitvoeren. Daarbij de
plaatselijk geldende voorschriften naleven.
De gaseigenschappen moeten met de gegevens op het typeplaatje van het toestel
overeenstemmen.
Het toestel is in de leveringsconfiguratie op aardgas ingesteld.
Omschakeling van aardgas naar LPG [hfst. 7.1.3].
Gasaansluitdruk
Tijdens de werking moet de gasaansluitdruk binnen onderstaand bereik liggen:
Aardgas E/H
Aardgas LL
LPG P (p
37)
n
LPG P (p
50)
n
De werking is buiten de bereiken volgens EN 437 niet toegelaten.
Gastoevoer installeren
Explosiegevaar door vrijkomend gas
Een ontstekingsbron kan een gas-lucht-mengsel doen ontploffen.
Gastoevoer zorgvuldig installeren.
Alle veiligheidsvoorschriften in acht nemen.
Vóór het begin van de werken de afsluitinrichtingen sluiten en tegen onverhoeds
openen beveiligen.
Gastoevoerleiding spanningsvrij monteren.
Als een thermische afsluitinrichting (TAE) vereist is:
Thermische afsluitinrichting vóór de gaskogelkraan of gaskogelkraan met TAE
installeren.
Gaskogelkraan op de gasaansluiting 1 installeren.
Gastoevoer aansluiten.
Gastoevoerleiding op dichtheid controleren en ontluchten
Alleen de gasverdeelmaatschappij (GVM) of een door de gasverdeelmaatschappij
erkend installatiebedrijf mag de gasleiding op dichtheid controleren en ontluchten.
Veiligheidsventiel gas
Het gas-veiligheidsventiel gaat pas open als de uitgang geconfigureerd is. Daarom
moet de rookgasmeting bij een eerste inbedrijfstelling overgeslagen en pas later
uitgevoerd worden.
Als een veiligheidsventiel gas nodig is:
Ventiel op uitgang MFA1 of VA1/2 aansluiten [hfst. 5.6.1].
Uitgang op Veiligheidsventiel gas instellen [hfst. 6.6.10.8].
33-196
17,0 ... 20 ... 25,0 mbar
20,0 ... 25 ... 30,0 mbar
25,0 ... 37 ... 45,0 mbar
42,5 ... 50 ... 57,5 mbar
1
5 Installatie