10 Foutopsporing
De volgende waarschuwingen mogen enkel door gekwalificeerde vaklui verholpen worden:
Waarschu-
Oorzaak
wing
W 1
Ruimtevochtighigheid te hoog
W 2
Ruimtevochtigheid te laag
W 3
Geen SD-kaart aanwezig
W 7
EM warm water:
Circulatievoeler niet actief
W 8
EM warm water:
Bronvoeler defect
Debiet te laag [hfst. 3.3.3.2]
W 10
W 11
Nood-UIT
W 12
Temperatuur op de vertrekvoeler
> 95 °C [hfst. 3.3.3]
De temperatuur wordt op de vertrekvoeler eSTB
gemeten.
W 14
Vertrektemperatuur stijgt te snel
(gradiënt) [hfst. 3.3.3]
De temperatuur wordt op de vertrekvoeler eSTB
gemeten.
W 15
Verschil vertrek- en
rookgastemperatuur te groot [hfst. 3.3.3]
De vertrektemperatuur wordt op de
vertrekvoeler eSTB gemeten.
Rookgastemperatuur te hoog [hfst. 3.3.3]
W 16
83323607 1/2021-11 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Condenserende gasketel WTC-GB 80-A en WTC-GB 100-A
10.2 Waarschuwingscode
130-196
Oplossing
Actuele ruimtevochtigheid op het ruimtetoestel
controleren.
Parameter Ruimtevochtigh. op het
ruimtetoestel controleren, evt. instellen.
Actuele ruimtevochtigheid op het ruimtetoestel
controleren.
Parameter Ruimtevochtigh. op het
ruimtetoestel controleren, evt. instellen.
Juiste plaatsing van de SD-kaart controleren.
SD-kaart in de weergave- en
bedieningseenheid (systeemmodule) steken.
Evt. SD-kaart vervangen.
De SD-kaart bevindt zich aan de onderkant van
de systeemmodule.
Circulatievoeler controleren.
Parameter 10.5.2 Voeler T1
controleren.
Voeler en leiding controleren, evt. vervangen.
Waterdebiet controleren.
Waterdebiet verhogen.
Toestel waterzijdig ontluchten, programma
Automatische ontluchting uitvoeren
[hfst. 6.6.10.9].
Aangesloten componenten op ingang H1 van
de EM stookkring controleren.
Waterdebiet controleren.
Waterdebiet verhogen.
Toestel waterzijdig ontluchten, programma
Automatische ontluchting uitvoeren
[hfst. 6.6.10.9].
Warmtewisselaar waterzijdig op vuildeeltjes of
kalkafzetting controleren.
Waterdebiet controleren.
Waterdebiet verhogen.
Toestel waterzijdig ontluchten, programma
Automatische ontluchting uitvoeren
[hfst. 6.6.10.9].
Waterdebiet controleren.
Waterdebiet verhogen.
Warmtevraag (bijv. stookcurve) controleren,
evt. reduceren.
Verwarmingsvermogen te hoog, parameter
2.1.2 Vermogen max. verwarming
reduceren.
Warmtewisselaar controleren [hfst. 9.5].