83299907 1/2019-02 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Gasbrander WG30.../1-C ZM-LN
5. Vollast instellen
Bij het regelen de vermogengegevens van de ketelproducent en het arbeidsveld
van de brander in acht nemen [hfst. 3.4.6].
Vereist gasdebiet (werkingsvolume V
Insteldruk en/of positie gassmoorklep [G] optimaliseren tot het gasdebiet (V
bereikt is.
Verbrandingswaarden controleren.
Verbrandingsgrenzen bepalen en luchtovermaat via luchtkleppositie [L/A]
instellen [hfst. 7.5].
Gasdebiet opnieuw bepalen en evt. aanpassen.
Luchtovermaat opnieuw instellen.
De insteldruk na deze stap niet meer veranderen.
6. Werkingspunt P1 regelen
Op toets [-] drukken.
P9 wordt opgeslagen.
De brander loopt naar werkingspunt P8.
CO-gehalte van de verbranding controleren en evt. verbrandingswaarde via de
positie van de gassmoorklep [G] aanpassen.
Op toets [-] drukken.
De brander loopt naar het volgende werkingspunt.
Stappen bij elk werkingspunt herhalen, tot P1 bereikt is.
Het werkingspunt P1 moet binnen het arbeidsveld liggen [hfst. 3.4.6].
Gasdebiet bepalen en evt. via gassmoorkleppositie [G] aanpassen.
Verbrandingswaarden controleren.
Verbrandingsgrens bepalen en luchtovermaat van ca. 20 ... 25 % via
luchtkleppositie [L/A] instellen.
53-124
) berekenen [hfst. 7.6].
B
7 Inbedrijfstelling
)
B