Inhoudsopgave
Advertenties
INSTALLATIE
Par.
Weergave
Menu
Nr.
Display
Bepaalt de werkmodus van de cascade.
Cascade-
0 = Uitgeschakeld
M2
148
modus
1 = Minimum aantal branders
2 = Maximum aantal branders
Bepaalt de maximumdaling van het cascadesetpoint op
Max. Daling
M2
79
het primaire circuit. Deze wordt gebaseerd op de door de
Setp.
primaire sonde gedetecteerde waarde.
Bepaalt de maximumstijging van het cascadesetpoint op
Max. Stij-
M2
80
het primaire circuit. Deze wordt gebaseerd op de door de
ging Setp.
primaire sonde gedetecteerde waarde.
Bepaalt de tijd in minuten die moet verstrijken vanaf
Vertr. Begin
het versturen van het verzoek opdat de in Par. 79 en 80
M2
81
Modulatie
bepaalde dalingen of stijgingen van het setpoint worden
doorgevoerd.
Verm.
Bepaalt het minimumvermogen dat door minstens een
Insch.
module van de cascade moet worden overschreden opdat
M2
82
Volgende
de volgende module wordt ingeschakeld (indien de andere
Mod.
voorwaarden in verband met de Par. 75 en 77 zijn vervuld).
Bepaalt het maximumvermogen dat door geen van de mo-
Verm.
dules van de cascade mag worden geëvenaard opdat de
Uitsch.
M2
83
laatst ingeschakelde module wordt uitgeschakeld (indien
Volgende
de andere voorwaarden in verband met de Par. 76 en 78
Mod.
zijn vervuld).
Interval
Bepaalt het tijdsinterval in dagen waarna de rotatie van de
M2
84
Rotatie
modules wordt uitgevoerd.
Bepaalt het nummer van de volgende module die zal wor-
Rot. eerste
M2
149
den geroteerd (deze waarde wordt bij elke rotatie automa-
module
tisch bijgewerkt).
PID P Cas-
Bepaalt de proportionele term voor de variatie van het
M2
86
cade
setpoint van de module in cascade.
PID I Cas-
Bepaalt de integrerende term voor de variatie van het
M2
87
cade
setpoint van de module in cascade.
Bepaalt de snelheid (uitgedrukt in °C/100 ms) waarmee
Snelh.
het setpoint van de individuele modules wordt verhoogd
M2
150
Resp. Ver-
indien het primaire setpoint niet is bereikt (als de waarde
hoging
op nul is ingesteld, wordt de variatie geregeld door de PI
van de Par. 86 en 87 zonder beperkingen).
Bepaalt de snelheid (uitgedrukt in °C/100 ms) waarmee het
Snelh.
setpoint van de individuele modules wordt verlaagd indien
M2
151
Resp. Verla-
het primaire setpoint is overschreden (als de waarde op nul
ging
is ingesteld, wordt de variatie geregeld door de PI van de
Par. 86 en 87zonder beperkingen).
Bepaalt de waarde van het vermogen (uitgedrukt in een
Min.
percentage) waarmee het gemiddelde vermogen van alle
M2
152
Vermogen
modules die in de cascadewerkmodus zijn ingeschakeld
Mod. 2
moet worden vergeleken (Par. 148 = 2).
Bepaalt de waarde van het bijkomende vermogen (uitge-
Hyst.
drukt in een percentage) in vergelijking met het gemiddel-
M2
153
Vermogen
de vermogen van alle modules die in de cascadewerkmo-
Mod. 2
dus zijn ingeschakeld (Par. 148 = 2).
Periode
Bepaalt de tijd uitgedrukt in seconden van de postcirculatie
M2
154
Post-Pomp
na het beëindigen van het verzoek om warmte in cascade.
Bepaalt de temperatuur (gedetecteerd door de primaire
sonde) waaronder de circulatiepomp van de ketel en de
circulatiepomp van het systeem worden ingeschakeld (bij
de configuratie in cascade). Als de temperatuur van de pri-
Antivries-
maire sonde nog vijf graden extra zakt onder de in Par. 155
M2
155
bescher-
ingestelde waarde, dan wordt er een verzoek gegenereerd
ming
om de cascade in te schakelen. Wanneer de temperatuur
van de primaire sonde een waarde bereikt die 5 graden
hoger is dan de in Par. 155 bepaalde waarde, dan wordt
het verzoek geannuleerd en de cascade schakelt terug naar
de stand-bymodus.
Beschrijving
38
Fa-
Bereik
brieksin-
UM
stelling
0...2
2
0...40
2
°C
0...40
5
°C
0...60
60
Min.
10...100
80
%
10...100
25
%
Da-
0...30
1
gen
1...16
1
0...1275
50
0...1275
500
0...25.5
1
0...25.5
1
0...100
20
%
0...100
40
%
0...255
60
Sec.
10...30
15
°C
Toe-
gangs-
Categorie
type
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
O
Cascade
O
Cascade
O
Cascade
O
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
I
Cascade
Advertenties
Inhoudsopgave
