5-4. Synergische bedieningsfuncties
2
1
Voorbeeld
Om programma 7 te bekomen, met Non Adaptive en Booglengte (TRIM) op 36, ga als volgt
te werk:
De bovenste lijn kiezen door op
de parameterkeuze-toets te
drukken en het pijltje bovenaan
plaatsen. Op de druktoets "ver-
hogen" drukken tot programma
7 verschijnt.
Op de parameterkeuze−toets
drukken om de derde lijn te
kiezen en op de verhogings−
of verlagingstoets drukken tot
Non Adaptive verschijnt.
Regel de booglengte op 36
met de instelknop.
3
> P r g
7
S t
9 8 A r / 2 O 2
A d a p t i v e
P r g
7
S t
9 8 A r / 2 O 2
> N o n − A d a p t i v e
36
4
1 . 0 m m
P u l s e
1 . 0 m m
P u l s e
Functies
1
LCD scherm
2
Parameterkeuze−toets
Op de toets drukken om > te ver-
plaatsen. De parameter voorafgeg-
aan van > is gekozen.
3
Druktoets "verhogen"
Op de verhogingstoets drukken om
de gekozen parameter te verho-
gen.
4
Druktoets "verlagen"
Op de verlagingstoets drukken om
de gekozen parameter te verlagen.
Zie voorbeeld.
Samenvatting
De ingebouwde functies verlenen
vier mogelijke werkwijzen:
Manueel MIG−pulsen − de pulspa-
rameters worden manueel inge-
steld.
MIG/MAG − de bedieningsfunctie
werkt als een afstandsbediening
van de lasspanning.
BE − de lasbron werkt in de CC
(konstante stroom) mode.
Synergisch MIG−pulsen − inge-
brachte fabrieksprogramma's stu-
ren het proces.
Het Setup scherm (zie Sectie 5-6)
geeft de mogelijkheid om een aan-
tal programma's onbeschikbaar te
maken (lock out) voor de gebruiker,
en tevens de taalkeuze te maken.
OM-196 596 Pagina 19