De machine gebruiken
1.
Start de motor.
2.
Zet de parkeerrem vrij.
3.
Kijk in de richting waar u naartoe wilt rijden om
te controleren of de baan vrij is.
4.
Zet de tractiehendel omlaag om de machine
vooruit te laten rijden.
Loop vooruit tijdens het gebruik van de machine;
u mag niet achteruitlopen of -kijken wanneer u
de machine gebruikt.
5.
Schakel de aftakas in en breng de
beluchtingskop omlaag.
6.
Schakel de aftakas uit en breng de
beluchtingskop omhoog.
7.
Om de machine te stoppen, laat u de
tractiehendel los.
Plaats de onderhoudsver-
grendeling
Plaats de onderhoudsvergrendeling voordat u
onderhoud plaagt op de beluchtingskop of als de
beluchter voor meerdere dagen wordt gestald.
GEVAAR
Voordat u de beluchtingskop een
onderhoudsbeurt geeft of tanden of
beschermvingers vervangt, moet u altijd de
onderhoudsvergrendeling monteren om de
beluchtingskop vast te zetten in de opgegeven
stand.
1.
Breng de beluchtingskop omhoog.
2.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak,
zet de motor af, stel de parkeerrem in werking
en verwijder het sleuteltje.
3.
Verwijder de borgveer waarmee de
onderhoudsvergrendeling vastzit in de
opbergstand
(Figuur
21).
1. Onderhoudsvergrendeling in (neergelaten) opbergstand
4.
Draai de onderhoudsvergrendeling naar
achteren en steek deze op de pen van de
beluchtingskop
borgveer.
1. Onderhoudsvergrendeling in (opgeheven) vergrendelde
opbergstand
Tandenhouders,
beschermvingers en
tanden monteren
Er is een breed scala tandhouders, beschermvingers
en tanden verkrijgbaar voor de beluchter. U kunt de
benodigde onderdelen kiezen uit het overzicht van
werktuigen en accessoires.
1.
Breng de beluchtingskop op en zet deze vast
met de onderhoudsvergrendeling.
22
Figuur 21
(Figuur
22). Vastzetten met de
Figuur 22
g010036
g010037