4.
Stel de waterstroom (zo nodig) bij zodat overtollig water rondom de rubberen kommen blijft weglekken
zodat de motor voldoende koelwater krijgt.
5.
Controleer of er een ononderbroken straal water uit de indicatie-opening van de waterpomp komt. Blijf
de buitenboordmotor gedurende 3 à 5 minuten doorspoelen terwijl u de watertoevoer constant in het
oog houdt.
6.
Zet de motor af, draai de kraan dicht en verwijder de doorspoeladapter. Breng de schroef weer aan.
Verwijdering en installatie motorkap
VERWIJDEREN
1.
Trek de motorkapsluiting aan de voorkant uit.
2.
Til de voorkant van de motorkap op zodat de voorste sluiting vrijkomt en duw hem naar achter om de
achterhaak los te maken.
3.
Til de motorkap omhoog en verwijder hem.
INSTALLEREN
1.
Breng de motorkap omlaag in stand boven de motor.
2.
Beweeg de motorkap naar achter zodat de achterhaak in lijn staat. Als de achterhaak gepakt heeft,
beweegt u de motorkap naar voren en druk de voorkant vervolgens omlaag.
3.
Druk de sluiting in om de motorkap vast te zetten.
Accu inspecteren
De accu moet periodiek worden geïnspecteerd om te waarborgen dat de motor kan starten.
BELANGRIJK: Lees de met de accu meegeleverde veiligheids- en onderhoudsinstructies.
1.
Zet de motor af voordat u onderhoud aan de accu verricht.
2.
Controleer of de accu tegen beweging is geborgd.
nld
ONDERHOUD
4936
55
27260