BELANGRIJK: Voorkom verzuipen van de motor – Druk de knop niet in nadat de motor is warmgelopen. Zo
injecteert u brandstof in de motor en kan hij moeizaam starten omdat de motor verzopen raakt.
6.
Koude motor - Trek de chokeknop uit om te starten. Druk de chokeknop weer in nadat de motor is
begonnen met opwarmen.
BELANGRIJK: Buitenboordmotoren met acculaadcapaciteit mogen niet gebruikt worden zonder dat de
accukabels op de accu aangesloten zijn. Dat kan het laadsysteem beschadigen.
7.
Handgestarte modellen – Trek langzaam aan het startkoord totdat u voelt dat de starter wordt
ingeschakeld en trek dan snel aan het koord om de motor te tornen. Laat het koord langzaam
terugrollen. Herhaal dit tot de motor aanslaat. Druk de chokeknop in nadat de motor is gestart.
8.
Elektrisch gestarte modellen met stuurknuppel - Druk op de startknop om de motor te laten tornen.
Laat de knop los zodra de motor aanslaat. Gebruik de startmotor niet langer dan tien seconden achter
elkaar. Als de motor niet aanslaat, wacht u 30 seconden en probeert u het nogmaals.
nld
BEDIENING
28586
45
28548
28544