FCC-kennisgeving voor gebruikers
De volgende verklaring geldt voor alle producten met het FCC-logo op het
FCC-kennisgeving
productlabel.
Dit apparaat is getest en voldoet aan de limieten voor een digitaal apparaat uit Klasse B,
conform deel 15 van de FCC-regelgeving. Zie 47 CFR sec. 15.105(b). Deze limieten zijn
opgesteld om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie in een
woonomgeving. Dit apparaat genereert en gebruikt radiofrequente energie, en kan deze
uitstralen. Als het apparaat niet in overeenstemming met de instructies wordt geïnstalleerd
en gebruikt, kan het schadelijke interferentie veroorzaken met radiocommunicatie. Er is
echter geen garantie dat er geen storing zal optreden in een specifieke installatie. Als dit
apparaat schadelijke interferentie veroorzaakt met radio- of televisieontvangst (hetgeen men
kan bepalen door het apparaat uit en in te schakelen), kan de gebruiker proberen om de
interferentie te verhelpen door een of meer van de volgende maatregelen te treffen:
• Heroriënteer of verplaats de ontvangsantenne.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvangstantenne.
• Sluit het apparaat aan op een stopcontact dat is aangesloten op een ander circuit dan de
antenne.
• Raadpleeg de dealer of een ervaren radio-/tv-installateur.
Dit apparaat voldoet aan deel 15 van de FCC-regelgeving. De werking moet voldoen aan de
volgende twee voorwaarden: (1) dit apparaat mag geen schadelijke interferentie
veroorzaken, en (2) dit apparaat moet eventuele binnenkomende interferentie verdragen,
inclusief interferentie die kan leiden tot ongewenst functioneren. Zie 47 CFR sec. 15.19(a)(3).
Motorola staat niet toe dat gebruikers wijzigingen of aanpassingen aanbrengen aan dit
apparaat. Wijzigingen of aanpassingen kunnen het recht van de gebruiker om dit apparaat te
gebruiken, doen vervallen. Zie 47 CFR sec. 15.21.
Voor producten die Wi-Fi 802.11a ondersteunen (zoals gedefinieerd in de productinformatie):
dit apparaat is beperkt tot gebruik binnenshuis bij gebruik in Wi-Fi-frequentieband 5,15 tot
5,25 GHz (802.11a).
Locatieservices
Onderstaande informatie geldt voor mobiele apparaten van Motorola die zijn voorzien van
GPS & AGPS
locatie-gerelateerde functies. Locatiebronnen kunnen GPS, AGPS en Wi-Fi zijn.
Uw mobiele apparaat kan GPS-signalen (Global Positioning System) gebruiken voor op
locatie gebaseerde apps. GPS maakt gebruik van satellieten die worden beheerd door de
overheid van de Verenigde Staten en die onderhevig zijn aan veranderingen die worden
geïmplementeerd in overeenstemming met het beleid van het Department of Defense en met
het Federal Radio Navigation Plan. Deze veranderingen zijn mogelijk van invloed op de
prestaties van de locatietechnologie op uw mobiele apparaat.
Uw mobiele apparaat kan tevens AGPS (Assisted Global Positioning System) gebruiken, dat
informatie van het mobiele netwerk ontvangt om de GPS-prestaties te verbeteren. AGPS
maakt gebruik van het netwerk van uw draadloze-serviceprovider, waardoor er mogelijk
kosten voor gesprekstijd, gegevensoverdracht en/of andere kosten van app zijn in
overeenstemming met uw abonnement. Neem voor meer informatie contact op met uw
draadloze-serviceprovider.
Het mobiele apparaat kan tevens gebruikmaken van Wi-Fi-signalen om uw locatie vast te
stellen, op basis van informatie van bekende en beschikbare Wi-Fi-netwerken.
Uw locatie
Onder op locatie gebaseerde informatie valt informatie die kan worden gebruikt om de
locatie van een mobiel apparaat bij benadering vast te stellen. Mobiele apparaten die met
een draadloos netwerk zijn verbonden, kunnen op locatie gebaseerde informatie verzenden.
Apparaten die zijn voorzien van locatietechnologieën verzenden ook op locatie gebaseerde
informatie. Ook wanneer u apps gebruikt waarvoor op locatie gebaseerde informatie nodig is
(zoals routeaanwijzingen), verzenden dergelijke apps op locatie gebaseerde informatie. Deze
op locatie gebaseerde informatie kan met derden worden gedeeld, waaronder uw
draadloze-serviceprovider, aanbieders van apps, Motorola en andere derden die services
leveren.
Alarmnummers
Wanneer u een alarmnummer belt, kan het mobiele netwerk de AGPS-technologie in uw
mobiele apparaat activeren om uw positie bij benadering aan de medewerkers van de
alarmcentrale door te geven.
AGPS is aan beperkingen onderhevig en werkt mogelijk niet in uw gebied. Neem daarom
het volgende in acht:
• vertel de medewerker van de alarmcentrale altijd zo duidelijk mogelijk waar u zich
bevindt; en
• blijf aan de lijn zolang de medewerker van het alarmcentrum dat van u vraagt.
Navigatie
Navigatie
Onderstaande informatie geldt voor mobiele apparaten van Motorola die zijn voorzien van
navigatiefuncties.
Als u navigatiefuncties gebruikt, bevatten de kaartinformatie, routes en andere
navigatiegegevens mogelijk onjuiste of onvolledige gegevens. In bepaalde landen is mogelijk
geen volledige informatie beschikbaar. Daarom dient u zelf goed te kijken om zeker te weten
Veiligheid, regelgevingen en juridische zaken
45