G
-
I
EBRUIKERS
EN
NSTALLATEURSHANDLEIDING
3.4
Ventileren en recirculeren
Versie: 2.0 (28-02-2003)
3.3.2 De verwarming of koeling versnellen
Het toestel bepaalt automatisch de optimale snelheid waar-
mee de ingestelde temperatuur kan worden bereikt.
U kunt echter de verwarming of koeling van de ruimte tijde-
lijk versnellen: het toestel schakelt dan naar de hoogste stand.
Het geluidsniveau is hierbij hoger dan normaal.
•
Druk op de
-toets om de verwarming of koeling te
versnellen.
Het
-symbool geeft aan dat deze functie is ingeschakeld.
Deze functie werkt alleen als het verschil tussen de gewenste
ruimtetemperatuur en de werkelijke ruimtetemperatuur gro-
ter is dan 1,5 °C. Het versnellen wordt automatisch uitgescha-
keld als het verschil tussen de gewenste en de werkelijke
ruimtetemperatuur kleiner is dan 1,5 °C.
U kunt de functie handmatig uitschakelen door nogmaals op
de
-toets te drukken.
Alleen bij modellen met ventilatie, of ventilatie én
recirculatie
U kunt de ventilatiehoeveelheid instellen door op de
toets te drukken. Iedere keer dat u op de toets drukt, staat de
ventilatie één stap verder, in deze volgorde:
•
ventileren in stand 1 (laag)
•
ventileren in stand 2 (middel)
•
ventileren in stand 3 (hoog)
•
recirculeren
(alleen bij modellen met ventilatie én recirculatie)
•
bij nogmaals indrukken: terug naar ventileren in stand 1
Dit symbool geeft de ventilatiestand aan: hoe meer pijlen 'dik'
zijn weergegeven, hoe hoger de ventilatiestand. Hier is ventila-
tiestand 3 aangegeven.
Dit symbool geeft aan dat het toestel recirculeert.
B
EDIENING
-
35