10)
Toets dubbelpagina/indicator ( p.39)
Voor het naast elkaar afdrukken van twee pagina's
op één vel.
Telkens als u op de toets drukt, wordt de functie in-
of uitgeschakeld.
De functie is actief als het indicatorlampje boven
de toets brandt.
11)
Boektoets/indicator ( p.38)
Bij het gebruik van bladen of boeken als origineel.
Telkens als u op de toets drukt, wordt de functie in-
of uitgeschakeld.
De functie is actief als het indicatorlampje boven
de toets brandt.
12)
Interfacetoets/indicator ( p.30)
Als de machine op een computer is aangesloten
(optioneel pakket benodigd), schakelt u met deze
toets tussen verbonden en niet verbonden.
Als de lijn is verbonden, is de indicator boven de
toets verlicht.
Belangrijk!:
• Voor 1 t/m 11 moeten de toetsen worden gebruikt voordat de mastercreatie is gestart. Als dit niet gebeurt, worden
instellingen uitgeschakeld.
13)
Aanpassingstoets/indicator ( p.68)
Voor het wijzigen van de standaardinstellingen.
De functie is actief als het indicatorlampje boven
de toets brandt.
14)
Stilstandtoets/indicator ( p.64)
Voor instellen van stilstand.
Telkens als u op de toets drukt, wordt de functie in-
of uitgeschakeld.
De functie is actief als het indicatorlampje boven
de toets brandt.
15)
Vertrouwelijkheidstoets/indicator ( p.65)
Voorkomt dat vertrouwelijke documenten worden
gekopieerd.
Telkens als u op de toets drukt, wordt de functie in-
of uitgeschakeld.
De functie is actief als het indicatorlampje boven
de toets brandt.
Overzicht
Bedieningspanelen
11