9.5 Verwarming inschakelen
Fig. 32
stand vertrektemperatuurregelaar
1
2
3
4
5
6
max
9.6 Temperatuurregeling
9.7 Na de inbedrijfname
Controleer de gasaansluitdruk.
Controleer of er condensatiewater in de sifon loopt. Indien niet; de ketel uitschakelen en daar na opnieuw
inschakelen. Hierdoor wordt het sifonvulprogramma opnieuw geactiveerd.
Herhaal deze handeling tot er condensatiewater in de sifon loopt.
9.8 Ketel TOP 28-3 ZSBR met boiler Storacell: warmwatertemperatuur instellen (via NTC)
Fig. 34
6 720 800 738 (2013/06 BL-NL)
De vertrektemperatuur kan tussen 35 en 90°C ingesteld worden.
De vertrektemperatuur wordt in het display aangeduid.
Let op de maximum toegelaten vertrektemperatuur bij
vloerverwarming.
Temperatuurregelaar
vertrektemperatuur van de verwarmingsinstallatie aan te
passen.
Wanneer de brander in bedrijf is, brandt het controlelampje
vertrektemperatuur
ongeveer 35°C
ongeveer 43°C
ongeveer 50°C
ongeveer 60°C
ongeveer 67°C
ongeveer 75°C
ongeveer 90°C
Raadpleeg de voorschriften van de regelapparatuur.
Hierin vindt U hoe:
U
de
weersafhankelijke regelaar kunt instellen,
U de kamerthermostaten kunt instellen,
U economisch kunt verwarmen en energie kunt
besparen.
Fig. 33
Boilertemperatuur met temperatuurinstelknop
instellen.
De ingestelde temperatuur knippert gedurende 30 seconden in
het display.
Waarschuwing: verbrandingsgevaar!
Temperatuur bij normaal gebruik niet hoger dan
60°C instellen.
Temperatuur tot 70°C alleen kortstondig instellen
voor thermische desinfectie (anti-legionella).
temperatuurinstelknop
min
e
max
27
verwarming verdraaien,
gebruik
vloerverwarming
verwarming met radiatoren
verwarming met convectoren
werking
en
de
stookcurve
warmwatertemperatuur
ongeveer 10°C (vorstbeveiliging)
ongeveer 55°C
ongeveer 70°C
om
de
groen
.
van
de
van de ketel