Figuur 74
1. Meet hier de afstand van
het mes tot het harde
oppervlak
3. Noteer deze afstand.
4. Meet het rechter mes bij punt B. Meet de
afstand tussen een horizontaal oppervlak en de
snijrand van het maaimes (Figuur 74).
5. Noteer deze afstand.
6. Het maaimes moet 6 tot 10 mm lager staan bij
punt A dan bij puntB(Figuur 74) Indien dit
niet het geval is, gaat u als volgt te werk.
Opmerking: Beide voorste wartels moeten
in dezelfde mate worden afgesteld ten behoeve
van een gelijkmatige kettingspanning.
7. Draai de contramoeren op de voorkant van
de rechter- en linkerwartel ongeveer 13 mm
(Figuur 73) los.
8. Draai aan de drukmoeren op de linker- en
rechterzijde van de machine totdat de voorkant
van het maaimes bij 6 tot 10 mm lager staat
dan de achterkant bij B (Figuur 73).
9. Draai de contramoeren van beide wartels
vast tegen de voorste wartel om de hoogte te
borgen.
10. Controleer of de spanning op de kettingen
gelijk is, en stel opnieuw af indien dit nodig is.
Drukveer afstellen
1. Zet de hefhendel van het maaidek omhoog in
de transportstand.
2. Controleer de afstand tussen de twee grote
ringen; deze moet 28, 2 cm bedragen bij een
2. Meten bij A en B
52 inch maaidek en 26,7 cm bij een 60 inch
maaidek (Figuur 75).
3. U kunt deze afstand instellen door de
contramoer van de veer los te draaien en
vervolgens te draaien aan de moer op de
voorkant van elke veer (Figuur 75). Als u de
moer rechtsom draait, wordt de veer korter; als
u de moer linksom draait wordt de veer langer.
4. U borgt de moer in deze positie door de
contramoer van de veer vast te draaien
(Figuur 75).
Figuur 75
1. 28,2 cm tussen de grote
ringen bij een 52 inch
maaidek
2. Voorste moer
3. Contramoer van veer
4. Voorste wartel
5. Contramoer van wartel
Onderhoud van de
maaimessen
Zorg gedurende het hele maaiseizoen voor scherpe
maaimessen. Scherpe messen snijden het gras
goed af zonder het te scheuren of te kwetsen.
Door scheuren en kwetsen wordt het gras bruin
aan de randen, waardoor het langzamer groeit en
gevoeliger is voor ziekten.
Controleer elke dag of de maaimessen scherp
zijn en of ze versleten of beschadigd zijn. Vijl
regelmatig kerven en inkepingen weg en slijp de
messen indien dit nodig is. Als een mes beschadigd
of versleten is, moet u dit onmiddellijk vervangen
door een origineel Toro-mes. Om het slijpen en
61
6. Drukmoer
7. Voorste steunarm
8. Grote ring
9. 26,7 cm tussen de grote
ringen bij een 60 inch
maaidek