1. Signaallamp motoroliedruk - Geeft aan of
voldoende oliedruk aanwezig is. De lamp gaat
branden wanneer het contactslot in de stand
"ON" wordt gedraaid. De lamp moet uitgaan op het
moment dat de motor loopt.
branden, terwijl de heftruck wordt gebruikt, dan is er
onvoldoende oliedruk..
2. Signaallamp dynamo - Geeft aan of het
acculaadsysteem correct werkt.
gaat branden wanneer het contactslot in de
stand "ON" wordt gedraaid.
Het licht behoort te doven zodra de motor loopt, om
aan te geven dat de dynamo voldoende spanning
levert om de accu op te laden. Als het licht brandt bij
draaiende motor, moet het acculaadsysteem op
storing worden onderzocht.
3.
Indicatielampjevoor
dieselmotor (alleen bij dieselmotoren) -
Deze lamp gaat AAN zodra de sleutel vanuit
de stand OFF in de stand ON wordt gedraaid. Dit
geeft
aan
dat
voorverbrandingskamers
gemakkelijke start.
De
hoeveelheid
tijd
voorverbrandingskamers
bedraagt ongeveer zeven seconden, afhankelijk van
de
omgevingstemperatuur.
voorverbrandingskamer
temperatuur bereikt zodra de lamp uitgaat. De
sleutel kan dan in de stand START worden gedraaid
om de motor te starten.
4. Controlelampje water in brandstoffilter
dieselmotor (alleen bij dieselmotoren –
Geeft bij draaiende motor aan dat zich meer
dan 100cc water in het brandstoffilter bevindt.
Het
lampje
gaat
contactschakelaar op "ON" wordt gezet. De lamp
moet uitgaan op het moment dat de motor loopt.
Gaat het lampje branden wanneer de motor loopt,
parkeer dan de heftruck en zet de motor uit.
5. Brandstofpeil
dieselmotor)
brandstofniveau in de brandstoftank
aan. Vul brandstof bij als het peilglas
tijdens het gebruik van de heftruck op
'E' staat.
6. Temperatuur koelmiddel motor
– Toont de actuele temperatuur van
de motorkoelvloeistof. Als de wijzer
tijdens gebruik in het rode gebied
staat, is de motor oververhit.
Controleer
defecten. De wijzer komt in het rode gebied als de
temperatuur van de
bedraagt. Dit geldt voor alle motoren.
Indien de lamp gaat
De lamp
gloeien
de
gloeipluggen
opwarmen
voor
die
nodig
is
om
voor
te
verwarmen
heeft
haar
maximale
branden
wanneer
(alleen
–
Geeft
het
koelsysteem
koelvloeistof ongeveer 110 °C
Controleer het systeem op defecten. De wijzer komt in
het rode gebied als de temperatuur van de
transmissieolie ongeveer 125 °C bedraagt.
8. LP Waarschuwingslichtje Defect Motor
(MIL) – Controlesysteem G643E-motoren is
voorzien van ingebouwde storingsdiagnostiek.
Gevonden systeemfouten kunnen worden
aangegeven door het Waarschuwingslichtje defect motor
(MIL, Malfunction Indicator Lamp) als Diagnostische
Foutcodes (DFC) of als flashcodes en kunnen
gedetailleerd worden bekeken onder gebruikmaking van
de onderhouds-software. Wanneer de contactsleutel op
ON gedraaid wordt zal de MIL een zelftest uitvoeren,
eenmaal oplichten en dan uitgaan. Wanneer er defecte
situatie aangetroffen wordt, zal/zullen het defect/de
defecten opgeslagen worden in het geheugen van de
de
controlemodule van de motor (ECM). Wanneer er zich
een
een defect voordoet zal de MIL oplichten en AAN blijven.
Dit is een teken voor de bestuurder dat er een defect is
de
geconstateerd door de SECM.
9. Waarschuwingslichtje Veiligheidsriem –
Geeft aan dat de bestuurder de veiligheidsriem
De
niet heeft omgedaan.
Het lichtje zal aangaan wanneer de contactsleutel in de
on-positie gedraaid wordt, het lichtje dient uit te gaan
wanneer de motor gestart is.
10. Bedrijfsurenteller - Geeft het totale aantal
uren aan dat de motor en de heftruck in bedrijf
zijn geweest. De urenteller gaat lopen zodra het
contactslot in de stand "ON" wordt gedraaid, ongeacht de
motor draait of niet. De bedrijfsurenteller wordt gebruikt
om de smeer- en onderhoudsbeurten te bepalen.
de
11. Waarschuwingslichtje handrem – Het
lichtje zal AAN gaan wanneer de handrem
aangetrokken is.
12. Schijnwerpers voorzijde- Druk de
schakelaar (17) naar beneden, op de eerste
bij
stand, om de schijnwerpers aan de voorzijde
het
aan te doen.
Schijnwerpers voor- achterzijde - Druk de
schakelaar (17) naar beneden, op de tweede stand,
om de schijnwerpers aan de voor- en achterzijde
aan te doen. De schijnwerpers zijn optioneel.
13. Transmission Neutral Position Light -
Indicates the neutral position of transmission.
14. Controlelampje water in brandstoffilter
dieselmotor (alleen bij dieselmotoren) -
Geeft bij draaiende motor aan dat zich meer
op
dan 100cc water in het brandstoffilter bevindt.
Het lampje gaat branden wanneer de contactschakelaar
op "ON" wordt gezet. De lamp moet uitgaan op het
moment dat de motor loopt. Gaat het lampje branden
wanneer de motor loopt, parkeer dan de heftruck en zet
de motor uit.
-59-
Hoofdstuk Gebruik
7. Temperatuur transmissie-olie –
Geeft
de
temperatuur
transmissieolie aan. Als de wijzer
tijdens gebruik in het rode gebied staat,
is de motor oververhit. Parkeer de
vorkheftruck en zet de motor uit.
van
de