Hoofdstuk Veiligheid
Bewaar onderhoudsvloeistoffen nooit in glazen
flessen.
Wees
altijd
voorzichtig
oplosmiddelen.
Gebruik geen stoom, oplosmiddelen of perslucht om
elektrische onderdelen te reinigen.
Meld alle geconstateerde defecten.
Wanneer
u
omgaat
beschermende
uitrusting
voorzorgsmaatregelen voor het hanteren.
Inspecteer het gedeelte van de ketting, dat
gewoonlijk over de bovenrol loopt. Als de ketting bij
de rol verbuigt kan slijtage ontstaan door het
schuren langs andere onderdelen.
Controleer of de schakelpennen van de ketting niet
buiten de boorgaten uitsteken.
Als een scharnierbout buiten de corresponderende
verbindingsschakel
steekt,
vermoedelijk gebroken binnen de schalmopening.
Controleer het kettinganker en de ankerkoppelingen
op slijtage.
Verander geen enkele in de fabriek uitgevoerde
afstelling (inbegrepen het toerental), tenzij u zowel
de toestemming als de opleiding hiervoor heeft
gekregen. Met name veiligheidsvoorzieningen en
schakelaars mogen niet worden verwijderd of
verkeerd worden afgesteld. Onjuiste reparaties,
afstellingen en onderhoud kunnen het gebruik van
de machine gevaarlijk maken.
Neem voor elke controle, reparatie, afstelling,
onderhoud en voor alle andere werkzaamheden aan
uw vorkheftruck contact op met uw DOOSAN dealer.
We vestigen uw aandacht op het feit dat alle
secundaire schade als gevolg van onjuist gebruik,
onvoldoende onderhoud, verkeerde reparatie of het
gebruik
van
andere
onderdelen, DOOSAN daarvoor niet aansprakelijk
gesteld kan worden.
bij
het
gebruik
met
DEF/AdBlue,
draaf
en
neem
dan
is
de
dan
originele
DOOSAN
Informatie voor gebruik
Instappen en afstappen
van
Wees voorzichtig bij het in- en uitstappen.
Veeg uw schoenen en uw handen af voordat u in de
heftruck stapt.
Houd bij het in- en uitstappen uw gezicht naar de
heftruck toe gekeerd.
Gebruik bij het in- en uitstappen steeds beide
handen en houd uw gezicht naar de heftruck
gekeerd.
Gebruik bij het in- en uitstappen de handgrepen.
Probeer niet in- of uit te stappen terwijl u
gereedschap of voorraden bij u draagt.
Stap nooit op of van een rijdende heftruck.
Houd u bij het in- en uitstappen niet vast aan de
bedieningshendels in de bestuurderscabine.
Stap nooit op of van een rijdende heftruck. Spring
nooit van de heftruck.
Houd uw handen en het stuur vrij van glibberig
materiaal.
Voorbereidingen voor het starten
Maak dagelijks en bij aanvang van elke dienst een
rondje om de heftruck ter controle.
bout
onderdeel ¨Routinecontrole¨ in het hoofdstuk ¨Om
de 10 bedrijfsuren of dagelijk¨.
Verstel de bestuurdersstoel zodanig, dat u het
rempedaal volledig kunt indrukken terwijl uw rug
contact houdt met de rugleuning van de stoel.
Controleer of de heftruck is voorzien van de naar
omstandigheden vereiste verlichting.
Controleer of alle bedieningsmechanismen in de
stand HOLD staan.
Controleer of de richtingskeuzehendel in de stand
NEUTRAL staat.
Controleer of de parkeerrem is aangetrokken.
-12-
Zie het