Kettingpapier met etiketten laden
Gebruik voor het afdrukken op etiketten alleen etiketten die zijn
aangebracht op continue steunvellen met perforaties voor tracto-
rinvoer. Maak geen afdrukken op losse vellen met etiketten; de
printer voert etiketten op een glanzende achtergrond vaak niet
correct in.
Dik papier, zoals kettingpapier met etiketten, vereist een recht of
bijna recht papierpad. Laad etiketten steeds met de tractor in de
pull-positie en maak gebruik van de voor- of onderinvoer.
Etiketten laadt u op dezelfde manier als gewoon kettingpapier.
Het enige verschil is dat u de papierdiktehendel op 2 moet zetten
alvorens met afdrukken te beginnen. Raadpleeg "Papier in de
pull-tractor laden" op pagina 2-16 voor meer informatie hierover.
Let op:
c
2-28
Afdrukken op kettingpapier
Laad geen kettingpapier met etiketten in de achterinvoer.
Omdat het papierpad van de achterinvoer gekromd is, kun-
nen de etiketten in de printer losraken van het papier en een
papierstoring veroorzaken.
Omdat etiketten gevoelig zijn voor temperatuur en vochtig-
heid, mag u ze alleen onder normale omstandigheden gebrui-
ken, bij de volgende limietwaarden:
Temperatuur
Vochtigheid
Laad geen kettingpapier met etiketten dat is beschadigd,
omgekruld of gekreukeld.
Laat tussen twee afdruktaken geen etiketten in de printer
zitten. De etiketten kunnen rond de afdrukrol krullen en
tijdens de volgende afdruktaak een papierstoring
veroorzaken.
15 tot 25 ° C
30 tot 60% RV