5. Schuif het linker papierdoorvoerwieltje naar de linkermarge
van het papier. Maak daarbij gebruik van de aangebrachte
schaalverdeling. (Het afdrukken begint bij het "0"-teken.)
Duw vervolgens de vergrendeling terug naar achter zodat ze
vastklikt.
Opmerking:
Zie "Papier uitlijnen" en "Afdrukgebied" in Appendix C voor meer
informatie over de linkermarge.
6. Stel het rechter papierdoorvoerwieltje in op de breedte van
het papier, maar vergrendel het niet. Plaats de papiersteun
centraal tussen de twee papierdoorvoerwieltjes (zie stap 5).
2-8
Afdrukken op kettingpapier
voorzijde van de printer