Pas de roerversterking zo nodig aan.
Tegenroer controleren
Tegenroer is de hoeveelheid roer die uw
stuurautomaat toepast om te voorkomen dat
uw schip overstuurt. Een hogere instelling voor
tegenroer resulteert in het toepassen van meer roer.
Om de instelling van tegenroer te controleren:
1. Zorg ervoor dat u het responsniveau van de
stuurautomaat hebt ingesteld op 5.
2. Stuur uw schip op normale kruissnelheid in rustig
water.
3. Druk op AUTO en schakel zo nodig de
stuurautomaat in.
4. Voer een koerswijziging van 90° uit:
• wanneer de roerversterking en het tegenroer
beiden correct zijn ingesteld, dan voert het
schip een soepele en continue bocht uit met
minimale oversturing.
• Als het tegenroer te laag is, dan overstuurt
het schip voordat het langzaam naar de koers
terugkeert.
• Als het tegenroer te hoog is, dan 'verzet'
het schip zich tegen de correctie en maakt
een aantal korte, scherpe bochten. Dit
resulteert in een 'mechanisch' gevoel bij
koersveranderingen van het schip.
5. Pas de instelling van tegenroer zo nodig aan.
U kunt Tegenroer openen in het menu
Aandrijvingsinstellingen: Menu >
Instellingen > Kalibratie stuurautomaat
> Aandrijvingsinstellingen > Tegenroer.
Roerdemping
Als de stuurautomaat 'juttert' (d.w.z. het stuur
continu met kleine stappen heen- en weer beweegt)
wanneer het het roer probeert de positioneren, dient
u de instelling van de roerdemping aan te passen
om dit te minimaliseren.
Het verhogen van de roerdempingswaarde
vermindert het jutteren. De waarde van de
roerdemping dient met 1 niveau tegelijk te worden
verhoogd totdat de stuurautomaat stopt met jutteren.
Zorg ervoor dat altijd de laagst acceptabele waarde
wordt gebruikt.
Wanneer nodig kan de instelling voor de
Roerdemping worden aangepast in het
menu Aandrijvingsinstellingen: Menu >
Instellingen > Kalibratie stuurautomaat >
Aandrijvingsinstellingen > Roerdemping.
Instellingen AutoTrim
AutoTrim bepaalt hoe snel de stuurautomaat
'roerdruk' toepast om wijzigingen in de trim te
corrigeren die bijvoorbeeld zijn veroorzaakt door
veranderingen in de windbelasting op de dekopbouw,
of het uit balans zijn van motoren. Het verhogen
van het AutoTrim-niveau verlaagt de tijd die de
64
stuurautomaat nodig heeft om de koers te corrigeren,
maar het maakt het schip minder stabiel. Als de
stuurautomaat:
• een instabiele koers aanhoudt en het schip rond
de gewenste koers 'slingert', verlaag dan het
AutoTrim-niveau.
• gedurende langere tijd uit koers blijft varen,
verhoog dan het AutoTrim-niveau.