4.6 SeaTalk-verbinding
Verbindingen met een SeaTalk-netwerk worden
gemaakt met behulp van een SeaTalk naar
SeaTalk
ng
-adapterkabel (niet meegeleverd).
Nummer
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
Gebruik voor SeaTalk-kabels en -verlengkabels
SeaTalk-kabelaccessoires.
SeaTalk-voedingsbeveiliging
De voeding dient te worden beveiligd met een 5
A-zekering of een stroomonderbreker met dezelfde
waarde.
Raymarine adviseert de stroomvoorziening zo aan te
sluiten op een SeaTalk-systeem dat de stroom aan
elke zijde van het stroomaansluitingspunt gelijk is.
32
Omschrijving
p70s-stuurautomaat-
bedienunit
ST60+-diepte-instrument
ST60+-snelheidsinstrument
ST60+-windinstrument
Windtransducer
SeaTalk naar
SeaTalk
ng
-adapterkabel
Dieptetransducer
Snelheidstransducer
Koerscomputer (levert 12
VCD aan SeaTalk-netwerk.)
4.7 Netwerkaansluiting NMEA
2000
Uw SeaTalk
ng®
-apparaat kan worden aangesloten
op een DeviceNet / NMEA 2000-netwerk.
1. SeaTalk
ng®
-apparaat
2. SeaTalk
ng®
naar DeviceNet-adapterkabel
(A06045)
3. DeviceNet T-stuk
4. NMEA 2000-backbone