Verschijnen er strepen, onmiddellijk nadat u de tonercartridge hebt
vervangen of wanneer u na lange tijd voor de eerste keer afdrukt?
●
Verander de instelling voor <Speciale afdrukmodus B>. Het verbeterende effect is het laagst met <Modus
1> en het hoogst met <Modus 3>. Probeer de instelling uit, te beginnen met <Modus 1>.
Speciale afdrukmodus B(P. 724)
●
Afdruksnelheid wordt lager als u een sterkere verbetering selecteert.
Vlekken en spetters
Verschijnen er vlekken op afdrukken, afhankelijk van het papiertype of de
omgevingscondities (nader bepaald: als u afdrukt op zwaar papier of het
apparaat in een omgeving met lage luchtvochtigheid gebruikt)?
●
Stel <Speciale afdrukmodus U> in op <Aan>.
Speciale afdrukmodus U(P. 723)
●
Als u dit item op <Aan> instelt, kan de afdrukkwaliteit lager zijn, afhankelijk van het papiertype of de
omgevingscondities (nader bepaald: als u afdrukt op licht papier of het apparaat in een omgeving met
hoge luchtvochtigheid gebruikt).
Gebruikt u geschikt papier?
●
Controleer het papier dat u kunt gebruiken en druk af met geschikt papier.
Papier(P. 880)
Papier plaatsen(P. 52)
Lege gebieden bevatten zogenaamde nabeelden
Problemen oplossen
793