Hoofdstuk 7
Instellingen en configuratie
Settings
Functionele
Settings
Afbeelding 27:Groep voor
draaimomentbesturing
94
7:2.4.2 Besturing draaimoment
Om de parameters in te stellen die verband houden met de
besturing van het draaimomen, opent u de groep
Start/Stop
Draaimomentbesturing.
Startmodus
Besturing van
draaimoment
Selecteer het type belasting dat tijdens het starten wordt
Beveiligingen
gebruikt. De mogelijk opties zijn:
• Volt
Waarschuwingen
• Draaimoment
Fouten
Druk op Opslaan om de geselecteerde parameter op te slaan.
Ingangen
Stopmodus
Selecteer het type belasting dat tijdens het stoppen wordt
Uitgangen
gebruikt. De mogelijk opties zijn:
Analoge uitgang
• Volt
• Draaimoment
Fieldbus
Druk op Opslaan om de geselecteerde stopmodus op te slaan.
Startvolgorde
Draaimomentbesturing afstemmen (D-best afstemmen)
Met deze parameter kunt u het gedrag van de
draaimomentbelastingen fijn afstemmen. Deze parameter
moet normaal gebruikt worden om de standaardwaarde
100% in te stellen.
Druk op Opslaan om het geselecteerde niveau op te slaan.
Draaimomentbegrenzing
Selecteer de draaimomentbegrenzing van de softstarter.
Druk op Opslaan om het geselecteerde niveau van de
draaimomentbegrenzing op te slaan.
1SFC132003M3101