Hoofdstuk 5
Verbinding
Afbeelding 24:Klemmen 12, 13, 14
Afbeelding 25:Klemmen 15, 16, 17
1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Afbeelding 26:Aanhaalmomenten en kabeldiktes (1mm = 0,0394 in)
52
5:2.2.5 Programmeerbare uitgangsrelais K4,
klemmen 12, 13 en 14
Afhankelijk van de geselecteerde functie geeft de
uitgangsrelais een signaal.
Standaard: Uitvoeren
Raadpleeg hoofdstuk 7 "Instellingen en configuratie" voor
het programmeren.
1. Sluit de kabels aan op de klemmen 12, 13 en 14.
5:2.2.6 Programmeerbare uitgangsrelais K5,
klemmen 15, 16 en 17
Afhankelijk van de geselecteerde functie geeft de
uitgangsrelais een signaal.
Standaard: Toppunt van belasting
Raadpleeg hoofdstuk 7 "Instellingen en configuratie" voor
het programmeren.
Sluit de kabels aan op de klemmen 15, 16 en 17.
M3
0,5 Nm - 4,3 lb.in
3,5x0,6
2
0,14 ... 2,5 mm
AWG 12 ... 22
0,14 ... 2,5 mm
2
1SFC132003M3101