1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
L
N
24 V
100-250V
50/60 Hz
Stop Start
In0
In1
Vc
Vn
Afbeelding 21:Interne
1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Afbeelding 23:Aanhaalmomenten en kabeldiktes (1 mm=0,0394 in)
1SFC132003M3101
11 12
13 14
15 16
17 18
19
20
Vp
Vp
K4
K5
K6
M3
0,5 Nm - 4,3 lb.in
Programmeerbare ingangen (Sequence start)
Als er sequentieel gestart wordt, dan moet de bedrading
overeenkomstig Afbeelding 21 of Afbeelding 22worden
gemaakt.
De startopdracht (klemmen 5, 6 en 7) moet gedurende de
hele volgorde van starten en werking actief blijven. Als dit
niet het geval is, dan wordt er een directe stop uitgevoerd.
Een softstop kan uitsluitend uitgevoerd worden door de
motor die onlangs door een softstarter werd gevoed.
Dit bereikt u door de stopopdracht te openen (klem 4).
1
2
3
4
5
6
7
L
N
100-250V
50/60 Hz
Stop Start
In0
In1
3,5x0,6
+
DC
-
8
9
10
11 12
13 14
15 16
17 18
24 V
Vc
Vn
Vp
Vp
K4
K5
bedieningsspanning
0,14 ... 2,5 mm
AWG 12 ... 22
0,14 ... 2,5 mm
Hoofdstuk 5
Verbinding
19
20
K6
2
2
51