6
ELEKTRISCHE INSTALLATIE
6
Elektrische installatie
28
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | GMS800 FIDOR
Veiligheidsinstructies betreffende de elektrische installatie
WAARSCHUWING: Gevaar voor de elektrische veiligheid door niet
uitgeschakelde voeding tijdens installatie- en onderhoudswerkzaamheden
Wordt de voeding naar het apparaat en/of de leidingen bij de installatie- en
onderhoudswerkzaamheden niet via een scheidingsschakelaar/vermogensschakelaar
uitgeschakeld, dan kan dit een elektrisch ongeval tot gevolg hebben.
▸
Controleer vóór het begin van de werkzaamheden aan het apparaat of de
stroomvoorziening conform DIN EN 61010 via een scheidingsschakelaar/
vermogensschakelaar kan worden uitgeschakeld..
▸
De scheidingsschakelaar moet goed bereikbaar zijn.
▸
Als bij de aansluiting van het apparaat na de installatie de scheidingsschakelaar
slechts moeilijk of niet bereikbaar is, is een extra scheidingsvoorziening absoluut
vereist.
▸
De voeding mag alleen door het uitvoerende personeel met inachtneming van de
geldige veiligheidsbepalingen na afloop van de werkzaamheden - of voor
testdoelstellingen - weer worden geactiveerd.
WAARSCHUWING: Gevaar voor de elektrische veiligheid door verkeerd
gedimensioneerde netleiding
Bij het vervangen van een afneembare netleiding kunnen er ongevallen ontstaan als de
specificaties niet voldoende in acht zijn genomen.
▸
Neem bij het vervangen van een afneembare netleiding altijd de exacte specificaties
in de gebruiksaanwijzing (hoofdstuk Technische gegevens) in acht.
VOORZICHTIG: Schade aan het apparaat door verkeerde of ontbrekende
aarding
Er moet zijn gegarandeerd dat tijdens installatie- en onderhoudswerkzaamheden de
aarding naar de desbetreffende apparaten en/of leidingen conform EN 61010-1 is
gerealiseerd.
AANWIJZING: Verantwoordelijkheid voor de veiligheid van een systeem
De veiligheid van een systeem, waarin het apparaat is geïntegreerd, valt onder de
verantwoordelijkheid van de bouwer van het systeem.
8021573/V3-0/2017-07| SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden