3.6
Aanwijzingen m.b.t. de bedrijfsgassen
3.6.1
Instrumentenlucht
3.6.2
Verbrandingslucht (apart)
3.6.3
Brandgas
3.6.4
Testgas
3.7
Meetgasfilter
3.7.1
Behuizingsspoeling GMS840
8021573/V3-0/2017-07| SICK
Wijzigingen en correcties voorbehouden
In dit hoofdstuk staan algemene aanwijzingen m.b.t. de bedrijfsgassen.
Kwaliteit van de bedrijfsgassen,
raatuitvoeringen GMS810/811/840)", blz.
De instrumentenlucht wordt gebruikt als:
inductielucht voor de ejector
●
stuurlucht voor de drukregeling
●
verbrandingslucht voor de FID (afhankelijk van de applicatie)
●
spoelgas (GMS840)
●
nulgas (afhankelijk van de applicatie)
●
Aparte verbrandingslucht is nodig als de instrumentenlucht niet geschikt is als
verbrandingslucht (afhankelijk van de applicatie).
Gewoonlijk komt de aparte verbrandingslucht uit de interne katalysator van de FIDOR I of
een externe katalysator.
Waterstof (begrensd)
●
Nulgas.
●
Afhankelijk van de applicatie:
– Instrumentenlucht
– Lucht uit interne (FIDOR) of externe katalysator
– Stikstof
Referentiegas:
●
– Advies: Propaan in synthetische lucht.
– Concentratie: ca. 75% van de meetbereikeindwaarde.
FIDOR heeft een intern meetgasfilter.
Materiaal: sintermetaal (CrNi-staal)
●
Poriegrootte: 20μm
●
Spoelgas, i-lucht
●
PRODUCTBESCHRIJVING
zie "Gastoevoer (alle gegevens geldig voor FIDOR-appa-
83.
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G | GMS800 FIDOR
3
21