Opstarten
6.6 De analyser starten
38
5. Configureer elke optie.
Optie
Start de validatie
Automatische validatie
Validatiegeschiedenis
Kanaal
Onderste limiet
Bovenste limiet
Aantal metingen
Waarschuwingsniveaus Hiermee stelt u het waarschuwingsniveau in voor een mislukte
6. Om een validatie te starten, selecteert u Kalibratie > Validatie > Start de validatie.
De validatie meet de analyt in de referentie 2-fles.
7. Selecteer een optie om de resultaten weer te geven:
•
Kalibratie > Validatie > Validatiegeschiedenis
•
Diagnose > Historische gegevens > Validatie
Voorvereisten:
•
De analyser installeren
•
De tests van de onderdelen uitvoeren
•
De oplossing- en reagensflessen plaatsen
•
De monsterbron aansluiten
•
De kanaalvolgorde configureren
Doe het volgende om de analyser te starten:
1. Druk op het pictogram van het hoofdmenu en selecteer Apparaten.
2. Selecteer EZ1000sc.
3. Blader naar de onderkant van het scherm en selecteer vervolgens Apparaatmenu.
4. Selecteer Onderhoud > Start de bedrijfsmodus.
Beschrijving
Hiermee start u de validatieprocedure.
Hiermee selecteert u wanneer automatische validaties
plaatsvinden.
Interval: hiermee stelt u het validatie-interval in op Uit, 6 uur,
12 uur, Dagelijks of Wekelijks.
Doordeweekse dag: wordt weergegeven wanneer Interval is
ingesteld op Wekelijks. Hiermee selecteert u de dagen van de
week waarop een validatie wordt uitgevoerd.
Starttijd: hiermee selecteert u de begintijd voor de validaties.
Toont de laatste 20 validatieresultaten.
Hiermee selecteert u het kanaal dat moet worden gemeten voor
validaties (standaard: Referentie 2).
Hiermee stelt u de minimumwaarde in van het tolerantiebereik
voor validaties.
Opmerking: Om de validatiewaarschuwing/het validatie-alarm uit
te schakelen, stelt u de instellingen voor Onderste limiet en
Bovenste limiet in op 0.
Hiermee stelt u de maximumwaarde van het tolerantiebereik voor
validaties in.
Hiermee stelt u het aantal metingen in dat tijdens het
validatieproces wordt uitgevoerd.
validatie. Een validatie mislukt wanneer de validatiemeting(en) niet
binnen de instellingen voor Onderste limiet en Bovenste limiet ligt.
Opties: Waarschuwing of Fout