Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 6 Opstarten
6.1 De onderdeeltests uitvoeren
6.1.1 Het roerhulpstuk inspecteren
Afbeelding 15 Het roerhulpstuk inspecteren
Voltooi alle elektrische en slangaansluitingen vóór het opstarten. Wanneer de stroom op
het instrument wordt gezet, begint het instrument automatisch met een initialisatieproces.
1. Zet de aan/uit-schakelaar in de AAN-stand. Raadpleeg
2. Wacht tot de initialisatieprocedure is voltooid.
3. Reageer op de aanwijzingen op het display om de taal, datum, tijd en
netwerkinformatie te selecteren.
Raadpleeg de documentatie bij de SC4500-controller voor informatie over het
configureren van de andere controllerinstellingen.
Gevaar van beknelling. Bewegende delen kunnen tot beknelling en daardoor
verwondingen leiden. Raak bewegende delen niet aan.
Voer de onderdeeltests uit voordat de analyser in bedrijf wordt gesteld. Gebruik het menu
Onderhoud om de verschillende analyserfuncties te starten en de werking van de
onderdelen te controleren. Zie
Voorvereisten:
•
Zorg ervoor dat de analyser in de onderhoudsmodus staat. Selecteer Onderhoud >
Start de onderhoudsmodus.
•
Zorg ervoor dat het monster, de reagens en de oplossingsslangen zich in een
container met gedeïoniseerd water bevinden. Zie
aansluiten
op pagina 21.
1. Verwijder het lichtscherm van de fotometereenheid. Zie
2. Zorg ervoor dat het roerhulpstuk correct is geïnstalleerd en rechtsom draait.
3. Breng het lichtscherm aan op de fotometer.
W A A R S C H U W I N G
Menu onderhoud
op pagina 43.
Afbeelding 6
op pagina 15.
De slangen van de analyser
Afbeelding
15.
31
Advertenties
Inhoudsopgave
