Beschrijving van de keuze:
Er kan een waarde worden gekozen tussen 0 en
de in parameter 200 gemaakte keuze.
203 Referentie-/terugkoppelingsgebied
(REF/FEEDB. RANGE)
Waarde:
Min - Max (MIN - MAX)
- Max - + Max (-MAX-+MAX)
Functie:
Deze parameter bepaalt of het referentiesignaal en
het terugkoppelingssignaal positief moeten zijn of
zowel positief als negatief mogen zijn.
De minimumbegrenzing mag een negatieve waarde
zijn, tenzij Speed control, closed loop is geselecteerd
(parameter 100).
Beschrijving van de keuze:
Kies het gewenste bereik.
204 Minimumreferentie
(MIN. REFERENCE)
Waarde:
-100,000.000 - Ref
MAX
Afhankelijk van parameter 100.
Functie:
Deminimumreferentie geeft de minimumwaarde die
kan worden aangenomen door de som van alle
referenties. Minimumreferentie is alleen actief indien
in parameter 203 Min - Max [0] is ingesteld.
Beschrijving van de keuze:
Is alleen actief wanneer parameter 203 is
ingesteld op Min - Max [0].
Stel de gewenste waarde in.
De eenheid volgt de configuratie die is gekozen
in parameter 100.
Speed control, closed loop:
Torque control, speed feedback:
= standaardinstelling. () = display-tekst [] = waarde gebruikt voor communicatie via seriële communicatiepoort.
MG.55.A6.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
205 Maximum referentie
(MAX. REFERENCE)
Waarde:
Ref
- 100,000.000
MIN
Functie:
Demaximumreferentie geeft de hoogste waarde die kan
worden aangenomen door de som van alle referenties.
Beschrijving van de keuze:
[0]
De eenheid volgt de configuratie die is gekozen
[1]
in parameter 100.
Speed control, closed loop:
Torque control, speed feedback:
206 Type ramp (RAMP TYPE)
Waarde:
Lineair (LINEAR)
Sinusvormig (S1)
2
Sin
(S2)
Schokbesturing
Functie:
Er kan gekozen worden uit 4 ramptypen.
0.000
Beschrijving van de keuze:
Selecteer het gewenste type ramp op basis van
de vereisten voor versnellen/vertragen.
207 Aanlooptijd 1
tpm
(RAMP UP TIME 1)
Nm
Waarde:
0,00 - 3600 sec. (gesloten lus)
0,05 - 3600 sec. (open lus)
Functie:
De aanlooptijd is de tijd die nodig is om te versnellen
van 0 tpm naar de nominale motorsnelheid n
(parameter 104). Hierbij wordt ervan uitgegaan dat
de uitgangsstroom de koppelbegrenzing niet bereikt
®
VLT
5000 FLUX
afhankelijk van de eenheid
1500.000
tpm
Nm
[0]
[1]
[2]
[3]
M,N
89