Alarm/waarschuwingslim-
ieten:
VLT 5000-serie
3 x 200 - 240
V
Onderspanning
Waarschuwing lage
spanning
Waarschuwing
384/405
hoge spanning
(zonder rem - met
rem)
Overspanning
De gegeven spanningen hebben betrekking op de
tussenkringspanning van de frequentieomvormer
met een tolerantie van ± 5 %. De overeenkomstige
voedingsspanning is de tussenkringspanning
gedeeld door 1,35
WARNING/ALARM 8
Onderspanning (DC LINK UNDERVOLT):
Als de tussenkringspanning (DC) lager is dan de
onderspanningslimiet van de inverter (zie tabel
op vorige pagina), wordt gecontroleerd of er
24 V-voeding is aangesloten.
Als geen 24 V-voeding is aangesloten, wordt
de frequentieomvormer na een bepaalde tijd
uitgeschakeld afhankelijk van de eenheid.
De spanning wordt tevens in het display weergegeven.
Controleer of de voedingsspanning geschikt is
voor de frequentieomvormer, raadpleeg hiervoor
de technische gegevens.
WARNING/ALARM 9
Inverter overbelast (INVERTER TIME):
De elektronische thermische beveiliging van de inverter
geeft aan dat de frequentieomvormer op het punt van
uitschakeling staat wegens overbelasting (te hoge
stroom gedurende te lange tijd). De teller voor de
thermo-elektronische inverterbeveiliging geeft een
waarschuwing bij 98% en schakelt uit bij 100% en
acti v eert daarbij een alarm. De frequentieomvormer kan
niet worden gereset voordat de teller onder de 90% is.
De fout is dat de frequentieomvormer gedurende te
lange tijd voor meer dan 100% is overbelast.
WARNING/ALARM 10
Overtemperatuur motor (MOTOR TIME):
De elektronische thermische beveiliging (ETR) geeft
aan dat de motor te warm is. In parameter 128 kan
worden geselecteerd of de frequentieomvormer een
waarschuwing of een alarm moet geven wanneer
de teller 100% bereikt. De fout is dat de motor
gedurende te lange tijd voor meer dan 100% is
138
3 x 380 -
500 V
[VDC]
[VDC]
211
402
222
423
801/840
425
855
MG.55.A6.10 - VLT is een geregistreerd handelsmerk van Danfoss
®
VLT
5000 FLUX
overbelast. Controleer of de motorparameters
102-106 correct zijn ingesteld.
WARNING/ALARM 11
Motorthermistor (MOTOR THERMISTOR)
De thermistor of de thermistoraansluiting is verbroken.
In parameter 128 kan worden geselecteerd of de
frequentieomvormer een waarschuwing of een alarm
moet geven. Controleer of de thermistor correct
is aangesloten tussen klem 53 of 54 (analoge
spanningsingang) en klem 50 (+ 10 V-voeding).
WARNING/ALARM 12
Koppelbegrenzing (TORQUE LIMIT)
Het koppel is hoger dan de waarde in parameter 221
(bij motor in bedrijf) of het koppel is hoger dan de
waarde in parameter 222 (bij regeneratief bedrijf).
WARNING/ALARM 13
Overstroom (OVERCURRENT)
De piekstroombegrenzing van de inverter (circa
200% van de nominale stroom) is overschreden.
De waarschuwing wordt ongeveer 1-2 seconden
weergegeven, waarna de frequentieomvormer
uitschakelt terwijl er een alarm wordt geacti v eerd.
Schakel de frequentieomvormer uit en controleer
of de motoras kan worden gedraaid en
of het motorvermogen geschikt is voor de
frequentieomvormer.
ALARM: 14
Aardfout (Earth fault):
Er is een ontlading van de uitgangsfasen naar de
aarde, hetzij in de kabel tussen de frequentieomvormer
en de motor of in de motor zelf.
Schakel de frequentieomvormer uit en herstel
de aardfout.
ALARM: 15
Fout schakelmodus (SWITCH MODE FAULT):
Fout in het schakelen van de voeding (interne
± 15 V-voeding).
Neem contact op met uw Danfoss-leverancier.
ALARM: 16
Kortsluiting (CURR.SHORT CIRCUIT):
Er is kortsluiting op de motorklemmen of
in de motor zelf.
Schakel de frequentieomvormer uit en herstel
de kortsluiting.
WARNING/ALARM 17
Time-out standaard bus (STD BUS TIMEOUT)
Er is geen communicatie met de frequentieomvormer.
De waarschuwing is alleen actief wanneer
parameter 514 niet op OFF staat.