UITGAVE 08/2005
GEBRUIKSAANWIJZING
4.4
OPBOUW VAN HET SPUITPISTOOL
Omschrijving
A
Pistoolkop
B
Pistooleenheid
C
Spanhuls
D
Grondplaat
E
Verstuiverluchtaansluiting
F
Materiaalklepschroef
G
Wartelmoer
H
Luchtkapje
Het apparaat bestaat uit een pistoolkop (A), een pistooleenheid (B), een aandrijving (C) en
een grondplaat (D). Op de pistoolkop (A) zijn de luchtkap (H), de bijpassende spuitkop (I)
en diverse afdichtings- en bevestigingsdelen gemonteerd. In de pistoolkop (A) bevinden
zich het materiaalventiel en de pakking. In het pistooleenheid (B) is het spanmechanis-
me voor de pakking ingebouwd. Het pistooleenheid dient tevens als verbinding tussen
de aandrijving (C) en de pistoolkop (A). De aandrijving (C) bestaat uit een membraan en
een drukveer voor het materiaalventiel. De grondplaat (D) bevat alle aansluitingen (K, E, L
und M), een spleetfi lter (F) en een vormluchtklep (N). Deze dient als verbinding tussen het
pistool en de passende bewegingsautomaat of ophanging.
BESTELNUMMER DOC0383863
Omschrijving
I
Spuitkop
J
Houder standaard
K
Aansluitnippel (materiaal)
L
Aansluitnippel (circulatie)
M
Stuurluchtaansluiting (rood)
N
Vormluchtregelmechanisme
O
Tussenstuk
GA 3000SCIC
16