Voor installatie op de grond moet een stevige basis in cement worden voorzien, met een minimale dikte van 250 mm en
een breedte die groter is dan de breedte van het systeem. Deze basis moet in staat om het gewicht van het systeem te
kunnen dragen.
Installeer het systeem op rubberen of verende trillingsdempers. Het frame van het systeem moet perfect waterpas op de
trillingsdempers staan.
Vermijd een installatie zoals weergegeven op de bovenstaande afbeelding. In geval de trillingsdempers niet aangepast
kunnen worden, moeten de horizontale plaatsing van het frame van het systeem gegarandeerd worden door gebruik te
maken van vulstukken van metaalplaat.
Voorafgaand aan de inbedrijfstelling van het systeem moet de horizontale stand gecontroleerd worden met een
laserwaterpas of een soortgelijk apparaat. De vlakheid mag niet meer dan 5 mm zijn voor systemen tot 7 m lang en 10
mm voor systemen langer dan 7 m.
Als het systeem wordt geïnstalleerd op plaatsen die voor mens en dier gemakkelijk toegankelijk zijn, wordt aangeraden
om beschermende roosters te installeren voor de secties van de condensator en de compressor.
Om op de plaats van installatie de beste prestaties te verzekeren, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen en
aanwijzingen worden nageleefd:
Vermijd recirculatie van de luchtstroom.
Verzeker u ervan dat er geen obstakels zijn die de correcte luchtstroom verhinderen.
Verzeker u ervan te zorgen voor resistente en stevige funderingen om lawaai en trillingen te vermijden.
Installeer de groep niet in een zeer stoffige omgeving om vervuiling van de condensorwikkelingen te beperken.
Het water in het systeem moet bijzonder schoon zijn en alle sporen van olie en roest moeten worden verwijderd. Een
mechanische waterfilter moet op de inlaatleiding van het systeem worden geïnstalleerd.
4.5
Minimum vereiste ruimte
Het is van fundamenteel belang dat de minimale afstanden op alle systemen worden nageleefd, om een optimale ventilatie
naar de condensorpijpen te verzekeren.
Bij het beslissen van de plaats van het systeem en om een goede luchtstroom te verzekeren, moeten de volgende factoren
in overweging worden genomen:
vermijd recirculatie van warme lucht
vermijd een onvoldoende luchttoevoer naar de luchtgekoelde condensor.
Beide omstandigheden kunnen een verhoging van de condensatiedruk veroorzaken, wat leidt tot een vermindering van de
energie-efficiëntie en het koelvermogen.
Alle zijden van het systeem moet toegankelijk zijn voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden volgend op de
installatie.. Afbeelding 6 toont de minimum vereiste ruimte.
De verticale luchtafvoer mag niet belemmerd worden.
Als het systeem wordt omringd door wanden of obstakels met dezelfde hoogte, moeten deze geïnstalleerd worden op een
afstand van minimaal 3000 mm.
In geval twee waterkoelers in een vrije ruimte worden geïnstalleerd, is de aanbevolen minimale afstand tussen de koelers
3600 mm. Als er twee waterkoelers op één rij worden geïnstalleerd, is de minimale afstand 1500 mm. De onderstaande
afbeeldingen tonen een voorbeeld van een aanbevolen installatie.
Als het systeem geïnstalleerd wordt zonder dat de aanbevolen minimale afstanden tot wanden en/of verticale obstakels in
acht worden genomen, kan er sprake zijn van een combinatie van recirculatie van warme lucht en/of onvoldoende toevoer
naar de luchtgekoelde condensor, hetgeen tot een vermindering van het vermogen en de efficiëntie zou leiden.
D–EIMAC01603–18_02NL - 14/30
Afbeelding 4– Nivellering systeem