Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
De papierinstelling in het apparaat en de drivers moeten overkomen om zonder fouten af te drukken.
Als uw apparaat een beeldscherm heeft, kunt u dit instellen met de menuknop
Vervolgens stelt u de papiersoort in via het venster Voorkeursinstellingen voor afdrukken > tabblad Papier >
Papiersoort.
OPMERKING:
Als u speciaal afdrukmateriaal gebruikt, raden wij u aan één vel tegelijk in te voeren.
●
Afbeeldingen in deze gebruikershandleiding kunnen afwijken van uw apparaat, afhankelijk van de opties of
●
het model. Controleer het apparaattype.
Kaarten/aangepast formaat
Stel in de softwaretoepassing de marges in op ten minste 6,4 mm (0,25 inch) vanaf de randen van het materiaal.
Voorbedrukt papier
Als u voorbedrukt papier plaatst, moet de bedrukte zijde naar boven liggen met een niet omgekrulde kant aan de
voorzijde. Als u problemen hebt met het invoeren van het papier, draait u het papier om. Let erop dat de
afdrukkwaliteit niet is gegarandeerd.
32
Hoofdstuk 3 Afdrukmateriaal en lade
op het bedieningspaneel.
NLWW