Inhoudsopgave
Advertenties
• de toepassing een snelle start vereist nadat de omvormer op het
hoofdvoedingsnet is aangesloten
• veldbuscommunicatie vereist is als de ingangsvoeding is afgesloten.
DI6 (XDI:6) als thermistoringang
1...3 PTC-sensoren kunnen op deze ingang aangesloten worden voor
motortemperatuurmeting.
Eén sensor
Motor
T
Opmerkingen:
• Sluit niet beide uiteinden van de kabelafschermingen rechtstreeks op de aarde
aan. Als aan één uiteinde geen condensator gebruikt kan worden, laat dat einde
van de afscherming dan onaangesloten.
• Bij het aansluiten van temperatuursensoren hoort ook een aanpassing van
parameters. Zie de Firmwarehandleiding van de omvormer.
• Als alternatief kunnen de PTC (en ook de KTY84) sensoren aangesloten worden
op een FEN-xx pulsgeverinterface. Zie de Gebruikershandleiding van de
interface voor informatie over bedrading.
• Pt100 sensoren mogen niet aangesloten worden op de thermistoringang. In
plaats daarvan worden een analoge ingang en een analoge stroomuitgang (die
zich of op de JCU of op een I/O-uitbreidingsmodule bevindt) gebruikt, zoals
hieronder te zien. De analoge ingang moet op spanning ingesteld staan.
Eén Pt100 sensor
Motor
T
3,3 nF
> 630 VAC
XDI:6
XD24:1
3,3 nF
> 630 VAC
Drie Pt100 sensoren
AI1+ (U)
AI1- (U)
AOx (I)
AGND
Drie sensoren
Motor
T
T
T
Motor
T
T
T
3,3 nF
> 630 VAC
XDI:6
XD24:1
3,3 nF
> 630 VAC
AI1+ (U)
AI1- (U)
AOx (I)
AGND
Elektrische installatie
71
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
