Download Print deze pagina

Ford TOURNEO CONNECT 2013 Instructieboekje pagina 198

Advertenties

GEBRUIK VAN
SNEEUWKETTINGEN
WAARSCHUWINGEN
Rijd niet harder dan 50 km/u.
Rijd niet met sneeuwkettingen op
een sneeuwvrij wegdek.
Breng uitsluitend sneeuwkettingen
op de gespecificeerde banden aan.
Zie Technische specificatie
(bladzijde 205).
Wanneer uw auto is uitgerust met
wieldeksels, verwijder deze dan
voordat u sneeuwkettingen
monteert.
N.B.: Het antiblokkeersysteem blijft
normaal werken.
Gebruik alleen sneeuwkettingen met kleine
schakels van ca. 10 mm.
Monteer alleen sneeuwkettingen op de
voorwielen.
Auto's met stabiliteitsregeling
Wanneer de stabiliteitsregeling
ingeschakeld is, kan de auto enkele
ongebruikelijke rijeigenschappen vertonen.
Om deze te reduceren, schakelt u de
aandrijfregeling (traction control) uit. Zie
Gebruik maken van stabiliteitsregeling
(bladzijde 127).
Tourneo Connect (CHC) Long Wheelbase Kombi/Short Wheelbase Kombi, Base/Base High Payload/Titanium/Titanium High Payload/Trend/Trend ECOlite/Trend High Payload
Velgen en banden
BANDENSPANNINGCON-
TROLESYSTEEM
van de bandenspanning. De
bandenspanning moet regelmatig worden
gecontroleerd met een
bandenspanningsmeter, zie De banden
oppompen in dit hoofdstuk. Als de juiste
bandenspanningen niet worden
aangehouden, kan het risico op een
klapband, verlies van controle, kantelen
van het voertuig en verwondingen
toenemen.
U moet de bandenspanning tweewekelijks
controleren (inclusief het reservewiel
indien van toepassing) wanneer de banden
koud zijn. De banden moeten worden
opgepompt tot de juiste bandenspanning.
Zie Velgen en banden (bladzijde 191). De
bandenspanning staat ook op het label
voor oppompen van de banden (aan de
rand van het bestuurdersportier of de
B-stijl).
Om de bestuurder te helpen is uw auto
uitgerust met een controlesysteem lage
bandenspanning. Er gaat een
waarschuwingslamp branden wanneer één
of meer banden veel te weinig zijn
opgepompt. Als de waarschuwingslamp
voor lage bandenspanning brandt, moet u
de auto zo snel mogelijk stoppen wanneer
dit veilig is, de banden controleren en ze
oppompen tot de juiste bandenspanning.
196
WAARSCHUWING
Het controlesysteem lage
bandenspanning vormt geen
vervanging voor de manuele controle

Advertenties

loading