ALGEMENE INFORMATIE
WAARSCHUWINGEN
Door langdurig stationair draaien met
hoge motortoerentallen kan tot zeer
hoge temperaturen in de motor en
het uitlaatsysteem leiden, waardoor het
risico op brand of andere schade ontstaat.
Laat de motor niet stationair draaien
en parkeer of rij de auto niet op droog
gras of ander droog materiaal. Het
emissiesysteem warmt de motorruimte en
het uitlaatsysteem op, waardoor het risico
op brand ontstaat.
Start de motor niet in een gesloten
garage of in andere gesloten ruimtes.
Uitlaatgassen kunnen gifitig zijn.
Open altijd de garage voordat u de motor
start.
Als u uitlaatgassen ruikt in het
voertuig, moet u het voertuig
onmiddellijk laten controleren door
een erkende dealer. Rijd niet met uw
voertuig indien u uitlaatgassen ruikt.
Als u de accu loskoppelt, kan uw voertuig
nog ca. 8 kilometer ongebruikelijke
rijeigenschappen vertonen nadat u de accu
weer heeft aangesloten. Dit komt omdat
het motormanagementsysteem opnieuw
met de motor moet worden uitgelijnd. U
kunt eventuele ongebruikelijke
rijeigenschappen in deze periode negeren.
Het aandrijflijnregelsysteem voldoet aan
alle Canadese standaardeisen m.b.t. het
elektrische impulsvelden of
radio-interferentie voor interferentie
veroorzakende apparatuur.
Voorkom dat het gaspedaal vóór en tijdens
het starten wordt ingedrukt. Gebruik het
gaspedaal alleen indien u moeilijkheden
heeft om de motor te starten.
Tourneo Connect (CHC) Long Wheelbase Kombi/Short Wheelbase Kombi, Base/Base High Payload/Titanium/Titanium High Payload/Trend/Trend ECOlite/Trend High Payload
Motor starten en stoppen
102
CONTACTSLOT
0(uit) - Het contact is uitgeschakeld.
N.B.: Als u het contact uitschakelt en de
auto verlaat, laat dan de sleutel niet in het
contact steken. Hierdoor kan de auto-accu
leegraken.
I (accessoire) - Voor bedienen van de
elektrische accessoires zoals de radio
terwijl de motor niet draait.
N.B.: Laat de contactsleutel niet te lang in
de stand I of II staan (zonder dat de motor
loopt) om te voorkomen dat de accu zijn
lading verliest.
II (aan) - Alle elektrische circuits werken
volledig. Controlelampen en indicators
branden.
III (start) - Voor het starten van de motor.
Laat de sleutel weer los zodra de motor
start.
STUURWIELBLOKKERING
WAARSCHUWING
Controleer altijd voordat u probeert
uw auto in beweging te brengen of
het stuurslot is uitgeschakeld.
Stuur vergrendelen:
1.
Neem de sleutel uit het contactslot.
2. Draai het stuur enigszins om de
vergrendeling te ontgrendelen.